De Raad van de EU (‘Raad’) gaat de douanedrempel van € 150 te schrappen. Dat schrijft de Raad in een persmededeling. De drempel wordt afgeschaft om de toestroom van kleine pakketten, die momenteel niet onderworpen zijn aan douanerechten, in de EU aan te pakken.

De Hoge Raad stelt prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie EU in de zaak van X BV waar aan de orde is of art. 37d Wet OB 1968 van toepassing is bij de levering van een onroerende zaak dan wel een complex onroerende zaken.

Hof Amsterdam oordeelt dat de verkoop van plastic draagtassen een zelfstandige prestatie is. De draagtas is een doel op zich voor de modale consument die geen draagtas bij zich heeft en deze ter plaatse koopt om daarin de boodschappen te vervoeren. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat de BTW-aftrek op basis van het werkelijk gebruik van het nieuwbouw complex nauwkeuriger is dan de BTW-aftrek op basis van de omzetmethode. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

Het Hof van Justitie EU oordeelt dat het in strijd met het EU-recht is dat Kroatië de BTW-vrijstelling van art. 138 lid 1 BTW-richtlijn weigert te verlenen alleen maar omdat het bewijs van een ICL als bedoeld in art. 45 bis Uitv. VO 282/2011 niet is verstrekt.

A-G Ettema is van mening dat de rijksbijdrage en in samenhang daarmee het cursusgeld wel en het lesgeld niet een rechtstreeks verband – in BTW-termen – heeft met het onderwijs dat X aanbiedt.

A-G Ettema is van mening dat het buiten redelijke twijfel is dat de (na)scheiding van het huishoudelijke verpakkingsafval voor toepassing van de verleggingsregeling is aan te merken als een verwerkingsdienst, zodat gemeente X de BTW niet zelf is verschuldigd.

Vanaf 2027/2028 neemt de capaciteitsdruk als gevolg van de modernisering van het ICT-landschap van de Belastingdienst in de meeste ketens af en ontstaat er meer ruimte voor nieuwe prioriteiten en beleidswensen. Dat staat in de stand van zakenbrief Belastingdienst die door staatssecretaris Heijnen van Financiën naar de Tweede Kamer is gestuurd.

Advocaat-generaal Rantos concludeert dat het niet in strijd met het EU-recht is dat Litouwen het bedrag van de vertragingsrente vaststelt zonder dat de Belastingdienst een van de bestanddelen van dit bedrag kan verlagen. Dat geen rekening wordt gehouden met de aard en de ernst van de vastgestelde inbreuk is niet van belang.

De Staatssecretaris van Financiën laat weten dat hij twee recente uitspraken van het Hof Arnhem-Leeuwarden over omzetbelasting bij pensioenpremies niet volgt.