Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat X recht heeft op een verrekening op grond van art. 25b Bvdb voor haar belang in trust Q. Uit de wetsgeschiedenis volgt dat moet worden voorkomen dat een economisch dubbele belasting is verschuldigd vanwege het feit dat Nederland het APV aan een belastingplichtige toerekent.
De Staatssecretaris van Financiën heeft de Universele Nederlandse uitvoeringsvoorschriften inzake belastingverdragen, uitgezonderd het belastingverdrag met de Verenigde Staten van Amerika geactualiseerd. Dit besluit bevat de voorschriften voor de uitvoering van het dividendartikel en het interestartikel in belastingverdragen voor de heffing van dividendbelasting geheven op grond van de Wet DB 1965.
In een ruling bepaalt de Belastingdienst dat sprake is van een afgeleide uitgesloten entiteit voor de Wet minimumbelasting 2024 bij een aantal in Nederland gevestigde groepsmaatschappijen van de Y-groep die investeren in vastgoed.
De Kennisgroep IBR IB niet-winst/LB/PH aanslag heeft enkele vragen beantwoord over de toepassing van de non-discriminatiebepaling als bedoeld in art. 26 lid 2 van het belastingverdrag Nederland-België. Er worden drie verschillende situaties besproken.
Minister Van Weel van Buitenlandse Zaken heeft het Protocol tot wijziging van het belastingverdrag met Duitsland naar de Tweede Kamer gestuurd. Het Protocol wordt ter stilzwijgende goedkeuring voorgelegd.
Staatssecretaris Heijnen van Financiën heeft de nota naar aanleiding van het verslag van het wetsvoorstel Wet implementatie EU-richtlijn gegevensuitwisseling bijheffing-informatieaangifte (DAC9) naar de Tweede Kamer gestuurd.
De Hoge Raad oordeelt dat het Verdrag met Malta zowel een heffingsvacuüm wil voorkomen in verband met het aldaar voor non-domiciled residents geldende remittance base regime, als het onthouden van de verdragsvoordelen aan hen die door een bijzondere regeling geheel of gedeeltelijk van belastingheffing zijn vrijgesteld.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat er geen sprake is van een ambtelijk verzuim en dat de inspecteur zich terecht op interne compensatie beroept. Daarbij is van belang dat de inspecteur voor het laatst kennis kon nemen van de woning in de aangifte over 2010, het jaar waarin X emigreerde.
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat uit het vluchtrooster blijkt dat X heeft gewerkt op de 72 dagen waarop hij niet heeft gepind. Deze dagen worden opgeteld bij de 'VK-pindagen', waaruit volgt X in 2018 gewoonlijk in het VK verbleef en geacht wordt daar te wonen.
Rechtbank Den Haag oordeelt dat de Italiaanse ‘Imposta Di Bollo E/c E Rendiconto’ niet kwalificeert als een belasting naar het vermogen in de zin van art. 2 Belastingverdrag Nederland - Italië. Volgens de rechtbank is het namelijk een objectieve belasting. X heeft dan geen recht op de aftrek elders belast.