De BV van Peter Gillis moet nog ruim € 1,5 mln aan toeristenbelasting betalen over de jaren 2014 tot en met 2021. Dat heeft Rechtbank Oost-Brabant op 31 juli 2025 geoordeeld.

Gillis betoogde dat niet hij, maar de uitzendbureaus en huisvestingsbedrijven die de arbeidsmigranten op het park hadden ondergebracht, de belasting verschuldigd waren. De rechtbank oordeelt echter dat de vennootschap van Gillis, als voormalig eigenaar van vakantiepark Prinsenmeer in Ommel, zelf belastingplichtig is.

Eerder is Gillis strafrechtelijk veroordeeld voor het (mede)plegen van diverse fiscale delicten door structurele malversaties met de administratie, waaronder het niet registreren van overnachtingen. Hierdoor zijn de opgelegde aanslagen volgens de rechter eerder te laag dan te hoog.

Met deze uitspraak is een langlopende procedure ten einde gekomen. In de procedure heeft de rechtbank al twee keer eerder uitspraak gedaan, in 2020 en 2023. Of Gillis in hoger beroep gaat, is nog niet bekend.

Rechtbank Oost-Brabant, 31 juli 2025, ECLI:NL:RBOBR:2025:4661.

Bron: AD

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

622

Gerelateerde artikelen