
Op 29 september 2025 heeft de Raad van de EU een verordening aangenomen om het mechanisme voor koolstofgrenscorrectie (CBAM) te vereenvoudigen, als deel van het zogenaamde "Omnibus I"-wetgevingspakket.
Hoofddoel is de regelgevings- en administratieve lasten en ook de nalevingskosten voor EU-bedrijven, met name voor kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's), te verminderen.
Voornaamste onderdelen van de verordening
De huidige drempel om goederen met een te verwaarlozen waarde vrij te stellen van het CBAM wordt vervangen door een nieuwe de minimis-drempel, waardoor tot 50 ton per invoerder per jaar niet onder de CBAM-regels vallen. In de praktijk komt het erop neer dat vooral kmo's en particulieren die maar weinig goederen invoeren, worden vrijgesteld.
Nog een belangrijke wijziging is dat het mogelijk wordt dat invoerders in afwachting van CBAM-registratie in bepaalde gevallen hun CBAM-goederen toch kunnen invoeren.
Daarnaast bevat de gewijzigde verordening verscheidene andere vereenvoudigingsmaatregelen voor invoerders van CBAM-goederen. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om de toelatingsprocedure, gegevensverzameling, emissieberekening, verificatieregels, en de berekening van de financiële aansprakelijkheid van CBAM-aangevers. Tot slot worden de bepalingen over sancties en over de regels voor indirecte douanevertegenwoordigers aangepast.
Volgende stappen
De verordening wordt binnenkort bekendgemaakt in het Publicatieblad van de EU en treedt 3 dagen daarna in werking.
Bron: Raad van de EU
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Europees belastingrecht