Belanghebbende, X, werkt, via een zelfstandigheidsconstructie, als piloot voor Ryanair. De beloningen voor X worden overgemaakt aan het Ierse A Ltd., waarin X aandelen houdt, waarna de accountant het doorstort naar X. X is gestationeerd op een vliegveld in Duitsland. De inspecteur stelt na ontvangst van de IB-aangiften een onderzoek in en wijkt bij het opleggen van de aanslagen af van de aangiften. In geschil is de hoogte van het fiscale loon en of sprake is van gerichte vrijstellingen. Rechtbank Gelderland oordeelt dat bij de vaststelling van het fiscale loon 2015 van piloot X rekening moet worden gehouden met een gerichte vrijstelling van € 4666. Tevens wordt nog € 653 als vrije ruimte van de werkkostenregeling van 1,2% in aanmerking genomen. Voor 2016 (2017) stelt de rechtbank de gerichte vrijstelling vast op € 6025 (€ 4350). Met betrekking tot de aftrek ter voorkoming van dubbele belasting in verband met de in Duitsland verrichte werkzaamheden komt de rechtbank op een aftrek elders belast van 39,1%. Omdat de inspecteur uitgaat van een aftrek elders belast van 36%, vermindert de rechtbank de aanslagen. In hoger beroep is de in aanmerking te nemen aftrek ter voorkoming van dubbele belasting in geschil en dan met name of de stand-by tijd daarbij in aanmerking moet worden genomen als onderdeel van de in Duitsland uitgeoefende dienstbetrekking.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt, in navolging van partijen, dat het percentage voor de berekening van de aftrek elders belast voor piloot X 40,2 bedraagt. Dit zijn partijen namelijk overeengekomen voor het geval het hof het standpunt van X over de stand-by uren verwerpt. Met hetgeen X stelt maakt hij het door hem verdedigde percentage van 58,4 niet aannemelijk. Uit de overgelegde verklaringen volgt niet zonder meer dat X de in het overzicht vermelde stand-by uren ook daadwerkelijk op het vliegveld in Duitsland heeft moeten doorbrengen. Verder is van belang dat ook vanuit Nederland kan worden voldaan aan de verplichting om binnen 60 minuten vliegklaar te staan. X heeft zijn stelling dat hij de stand-by uren daadwerkelijk in Duitsland heeft doorgebracht niet met stukken of anderszins onderbouwd. Het hof vermindert de aanslagen waarbij wordt uitgegaan van het percentage van 40,2%.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de loonbelasting 1964 31a

Wet inkomstenbelasting 2001 3.80