X is een vereniging van eigenaren (VvE) en exploiteert een recreatiepark met 98 woningen. X heeft één elektriciteitsaansluiting op het openbare net en wekt daarnaast zelf elektriciteit op met zonnepanelen. In 2017 wekt zij daarmee 65.940 kWh op. De elektriciteit wordt via een eigen distributienet geleverd aan onder meer de individuele warmtepompen van de woningen. In geschil is of aan haar terecht een naheffingsaanslag energiebelasting (EB) en opslag duurzame energie- en klimaattransitie (ODE) van in totaal € 56.923 is opgelegd. Volgens Rechtbank Den Haag levert X elektriciteit aan de woningen waarvoor afzonderlijke WOZ-beschikkingen zijn afgegeven. X stelt vergeefs dat zij slechts warmte levert en dat de levering een interne prestatie is. X gaat in hoger beroep.
Hof Amsterdam oordeelt dat de levering van elektriciteit plaatsvindt als deze vanuit het eigen net ter beschikking komt van de recreatiewoning en de eigenaar of huurder deze kan benutten door het licht of de verwarming aan te doen. Op dat moment is de beschikkingsmacht over die elektriciteit overgegaan op de verbruiker. Er is geen elektriciteit die via een andere weg dan het net rechtstreeks – zonder eerst bij de aangesloten woning binnen te komen – naar de warmtepomp gaat. X stelt vergeefs dat zij de eigendom heeft van de meterkast, de warmtepompinstallaties en alle leidingen, zodat het een interne levering is. Het beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 16
Wet belastingen op milieugrondslag 53
Wet belastingen op milieugrondslag 50