Naar aanleiding van de informatie die X verstrekt over de door haar geclaimde hypotheekrenteaftrek, legt de inspecteur een IB-navorderingsaanslag 2018 op aan haar. Volgens Hof Arnhem-Leeuwarden heeft de inspecteur het gecorrigeerde saldo van de inkomsten en aftrekposten terecht verdeeld over X en haar partner overeenkomstig de door hen bij hun aangiften in aanmerking genomen verdeling. In cassatie honoreert de Hoge Raad de stelling van X dat het hof geen kopie van het door de inspecteur ingediende verweerschrift aan X heeft gezonden. De zaak wordt daarop verwezen. X is het niet eens met de hoogte van de aanslag. Zij stelt onder andere dat het fair play-beginsel is geschonden doordat het aangifteformulier onduidelijk is.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat het fair play-beginsel niet is geschonden. De op het aangifteformulier en de daarin genoemde webpagina gegeven toelichting is voldoende duidelijk. Uit de informatie waar de inspecteur naar verwijst blijkt dat op de webpagina is aangegeven dat de kosten bij één hypotheekdeel moeten worden aangegeven of moeten worden verdeeld over de afzonderlijke hypotheekdelen. De stelling van X dat het aangifteformulier onduidelijk is waar het de aftrek van andere financieringskosten bij meerdere hypotheekdelen betreft, wordt dan ook verworpen. Ook verwerpt het hof de stelling van X over de partijdigheid van de rechter en de schending van het gelijkheidsbeginsel. Het gelijk is aan de inspecteur.

[Bron Uitspraak]

Wetingang:

Wet inkomstenbelasting 2001 artikel 3.120