Inkoop van niet benutte fiscale premieruimte is slechts mogelijk voor perioden die in de pensioenregeling van de huidige werkgever als dienstjaren in aanmerking genomen kunnen worden.
Op basis van de Wet op de loonbelasting 1964 kan het verschil tussen de voor een jaar geldende fiscaal maximale premieruimte voor pensioen en de in dat jaar benutte premieruimte in een later jaar alsnog in aanmerking worden genomen. De in een jaar niet benutte fiscale premieruimte voor pensioen geldt als inhaalruimte. Deze inhaalruimte is er alleen voor dienstjaren, waarin pensioenopbouw heeft plaatsgevonden met toepassing van het fiscale pensioenkader van de Wet toekomst pensioenen (Wtp). Inhaal en inkoop van niet benutte fiscale ruimte is niet meer mogelijk voor dienstjaren waarin pensioen is opgebouwd met toepassing van het fiscale pensioenkader zoals dat gold tot het inwerkingtreden van de Wtp. Dit betreft dus dienstjaren vóór 1 juli 2023 en dienstjaren waarin gebruik is gemaakt van het overgangsrecht.
Wetsartikelen:
Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965 10
Wet op de loonbelasting 1964 38r
Wet op de loonbelasting 1964 38q
Wet op de loonbelasting 1964 18g
Wet op de loonbelasting 1964 18a