Belanghebbende, de heer X, houdt zich bezig met procedures over intellectuele eigendomszaken. De inkomsten daaruit worden door X in zijn IB-aangifte verantwoord als resultaat uit overige werkzaamheden. In 2011 volgt X een rechtenstudie aan de Rijksuniversiteit Leiden en de cursus Patent Litigation in Europe aan de universiteit in Straatsburg. In geschil is of X terecht scholingsaftrek claimt voor de betreffende reis- en verblijfskosten. Rechtbank Den Haag oordeelt dat X de opleidingen heeft gevolgd om nieuwe bevoegdheden te verkrijgen, zodat de kosten in beginsel aftrekbaar zijn als scholingsuitgaven. In art. 6.28-1-c Wet IB 2001 zijn scholingsuitgaven die verband houden met reizen en verblijven echter uitgesloten van de aftrek. Voorts maakt X niet aannemelijk dat de opleidingen waren bedoeld om zijn kennis op peil te houden. De kosten kwalificeren dus niet als aftrekbare kosten in de zin van art. 3.6 Wet IB 2001. Het beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.28
Wet inkomstenbelasting 2001 6.27
Wet inkomstenbelasting 2001 3.16