De EC verklaart de Portugese steunregeling ten gunste van de vrijhandelszone van Madeira (ZFM III-regeling) onverenigbaar met de interne markt. De steun bestaat uit een verlaging van het IB-tarief voor begunstigde vennootschappen. Portugal moet deze steun dan ook ‘onverwijld en daadwerkelijk’ terugvorderen. De Portugese Belastingdienst leidt in 2023 een fiscale executieprocedure in tegen Utiledulci – Comércio Internacional e Serviços, Sociedade Unipessoal, Lda. – Zona Franca da Madeira om de steun terug te vorderen die aan deze vennootschap is toegekend in het kader van de ZFM III-regeling. Utiledulci is het niet eens met het besluit tot inleiding van die procedure, omdat daarin niet de mogelijkheid wordt geboden om opschorting daarvan te vragen. De fiscus is echter van mening dat de bepalingen over de opschorting buiten toepassing moeten blijven na het verstrijken van de door de EC gestelde termijn van acht maanden. De Portugese rechter stelt een prejudiciële vraag in deze zaak.
Advocaat-generaal Biondi concludeert dat de Portugese bepalingen over het opschorten van executiemaatregelen buiten toepassing moeten worden gelaten. Dit geldt voor een procedure waarin de EC terugvordering gelast van een Portugese steunregeling die onverenigbaar met de interne markt is verklaard. De A-G merkt verder nog op dat de vertraging waarmee de Belastingdienst de terugvorderingsprocedure heeft ingeleid, bij Utiledulci niet het vertrouwen heeft kunnen wekken dat bij haar niet zou worden teruggevorderd. Een met het EU-recht strijdige gedraging van een met de toepassing ervan belaste nationale autoriteit kan namelijk geen gewettigd vertrouwen bij een marktdeelnemer wekken.
Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie
Rubriek: Europees belastingrecht
Editie: 22 december
Informatiesoort: VN Vandaag