Rechtbank Gelderland oordeelt dat de e-mail niet van bewijs is uitgesloten en dat van détournement de pouvoir geen sprake is. Ook hebben de erven hun stelling dat de inspecteur zich schuldig maakt aan détournement de pouvoir niet onderbouwd.

Naar aanleiding van een FIOD-onderzoek krijgt de inspecteur de beschikking over een e-mail van Y, de echtgenoot van erflaatster X. In deze e-mail aan zijn belastingadviseur schrijft Y dat hij twee forse vorderingen heeft en dat X en Y gehuwd zijn in gemeenschap van goederen. In de ambtshalve IB-aanslag die de inspecteur aan X oplegt, wordt rekening gehouden met de twee vorderingen en met de helft van de waarde van de aandelen in de bv van Y. De erven van X zijn het niet eens met de aanslag. Zij zijn van mening dat diverse rechtsbeginselen zijn geschonden.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat de e-mail niet van bewijs is uitgesloten en dat van détournement de pouvoir geen sprake is. De erven hebben hun stelling dat de inspecteur zich schuldig maakt aan détournement de pouvoir niet onderbouwd. De inspecteur kwijt zich juist van één van zijn aan hem bij wet opgedragen taken. Verder druist het gebruik van informatie uit het strafrechtelijk onderzoek niet zozeer in tegen hetgeen van een behoorlijk handelende overheid mag worden verwacht dat de informatie uit het strafrechtelijk onderzoek in de belastingprocedure niet als bewijs mag worden gebruikt. Ook leidt het gebruik van de e-mail niet tot schending van het fair play-beginsel. De aanslag blijft in stand.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 5.2

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Gelderland

Focus: Focus

Carrousel: Carrousel

18

Gerelateerde artikelen