Dit zijn de aanpassingen ingevolge de Wet aanpassing fonds voor gemene rekening en vrijgestelde beleggingsinstelling (Wet FGR) en de Wet fiscaal kwalificatiebeleid rechtsvormen (Wet FKR).
Een belangrijk knelpunt spitst zich toe op de vraag of een (buitenlandse) personenvennootschap een FGR kan zijn. Om de twee belangrijkste knelpunten in zoveel mogelijk situaties weg te nemen, stelt het kabinet voor de definitie van het FGR te wijzigen. Het kabinet houdt daarbij vast aan het uitgangspunt dat het FGR zelfstandig vennootschapsbelastingplichtig is, maar biedt door middel van een afmeldregeling meer flexibiliteit voor beleggingsfondsen die aan bepaalde voorwaarden voldoen. Het kabinet stelt voor om in de nieuwe FGR-definitie aansluiting te zoeken bij de in de Wet op het financieel toezicht (Wft) gehanteerde begrippen beleggingsinstelling en icbe.
Wetingang:
Wet op de vennootschapsbelasting 1969 artikel 2
Wet op de vennootschapsbelasting 1969
Wet inkomstenbelasting 2001 artikel 2.14BIS
Wet op de dividendbelasting 1965 artikel 1
Rubriek: Vennootschapsbelasting
Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën
Editie: 16 december
Informatiesoort: VN Vandaag