Aanleiding voor dit standpunt zijn de volgende feiten: natuurlijk persoon X en stichting Y gaan een CV aan die, op grond van wetgeving zoals dit gold tot 1 januari 2025, kwalificeert als een open CV. X is commanditair vennoot, houdt alle participaties in de open CV en is gerechtigd tot 99,99% van de winst van de open CV. Stichting Y is beherend vennoot en is gerechtigd tot 0,01% van de winst van de open CV. X brengt de economische eigendom van zijn beleggingsvastgoed én de economische eigendom van de door hem in gehouden aandelen Z BV in in de open CV. Z BV kwalificeert als een onroerendezaakrechtspersoon. Vervolgens wordt de economische eigendom van het eerder door X in de open CV ingebrachte beleggingsvastgoed overgedragen aan Z BV. De interne reorganisatievrijstelling is in het onderhavige geval op grond van de tekst van art. 5b lid 1 Uitvoeringsbesluit BRV niet van toepassing. Er is geen sprake van overdracht van onroerende zaken van een tot een concern behorende vennootschap aan een andere vennootschap van dat concern.
Wetingang:
Wet op belastingen van rechtsverkeer artikel 15
Uitvoeringsbesluit belastingen van rechtsverkeer artikel 5B
Rubriek: Belastingen van rechtsverkeer
Regelgevende instantie: Belastingdienst
Editie: 30 september
Informatiesoort: VN Vandaag