X en Y sluiten een (tolling)overeenkomst om aardgas om te zetten in elektriciteit. Voor de omzetting stelt X aardas ter beschikking aan Y. Het aardgas van X wordt vervolgens door Y omgezet in elektriciteit. Het aardgas blijft tot de omzetting door Y eigendom van X, en X heeft direct na het genereren van de elektriciteit de eigendom van alle gegenereerde netto elektriciteit. Y ontvangt voor de omzetting een vaste vergoeding voor de gehele duur van de overeenkomst en een vergoeding per opgewekte MWh netto elektriciteit. De omzetting komt voor rekening en risico van X. De vraag rijst of de overdracht van het aardgas door X aan Y en de overdracht van de opgewekte elektriciteit van Y aan X leveringen vormen voor de BTW. De Kennisgroep beantwoordt de vraag ontkennend. Indien over en weer geen overdracht plaatsvindt van de macht om als eigenaar te beschikken is er geen sprake van een levering voor de BTW. Dat het aardgas bij het opwekken van elektriciteit tenietgaat, maakt dat niet anders. De prestatie van Y, bestaande uit het omzetten van het aardgas in elektriciteit, kwalificeert daarentegen wel als dienst voor de BTW.
Wetsartikelen:
Wet op de omzetbelasting 1968 1
Wet op de omzetbelasting 1968 3
Rubriek: Omzetbelasting
Regelgevende instantie: Belastingdienst
Editie: 2 mei
Informatiesoort: VN Vandaag