De Kennisgroep onroerende zaken stelt dat een schuld die door een VVE is aangegaan voor het onderhoud en de verduurzaming van een gebouw, waarin appartementseigenaren hun eigen woning hebben, bij de individuele appartementseigenaren kan worden aangemerkt als een eigenwoningschuld.

Een VVE is verantwoordelijk voor het onderhoud en de verduurzaming van het gebouw waarin de appartementseigenaren hun eigen woning hebben. De VVE gaat hiervoor een lening aan omdat zij niet beschikt voldoende reserves en de appartementseigenaren hebben onvoldoende financiële middelen om de reserves aan te vullen. De schuld voor de lening kent een looptijd van vijftien jaar en wordt gedurende de looptijd annuïtair afgelost. Aan de Kennisgroep onroerende zaken is voorgelegd of de schuld, die door de VVE is aangegaan voor de individuele appartementseigenaren, kan worden aangemerkt als eigenwoningschuld. Volgens de Kennisgroep kan een schuld die door de VVE is aangegaan voor de individuele appartementseigenaar als eigenwoningschuld worden aangemerkt als:

  1. voor de schuld een contractuele aflossingseis geldt;
  2. het aflossingsschema van de schuld in te passen is in het eigenwoningverleden van de individuele appartementseigenaar, waarbij rekening gehouden moet worden met een eventuele aflossingsstand; en
  3. daadwerkelijk aan de aflossingseis is voldaan.

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 8.123

Wet inkomstenbelasting 2001 10.8

Wet inkomstenbelasting 2001 3.119g

Wet inkomstenbelasting 2001 3.119a

[Nieuwsbron]

Rubriek: Inkomstenbelasting

Regelgevende instantie: Belastingdienst

Editie: 11 juli

Informatiesoort: VN Vandaag

349

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen