MK (Gotek) is eigenaar van een ambachtsbedrijf dat zich bezighoudt met zaagwerk en aanverwante diensten in de bosbouwsector. Naar aanleiding van een onderzoek stelt de Kroatische Belastingdienst vast dat MK BTW in aftrek heeft gebracht op basis van facturen voor leveringen van aardolieproducten. Omdat de documenten vals zijn, wordt het recht op BTW-aftrek ontzegd aan MK. Er zijn namelijk geen aardolieproducten geleverd. Ook stelt de fiscus vast dat MK niet aan zijn accijnsverplichtingen heeft voldaan. In verband met de fictieve leveringen wordt een aanslag opgelegd aan MK. MK is het daar niet mee eens omdat de aardolieproducten niet hebben bestaan. De Kroatische rechter stelt een prejudiciële vraag in deze zaak.

Het Gerecht oordeelt dat Kroatië in strijd met het EU-recht handelt door accijns in rekening te brengen voor een fictieve levering van accijnsproducten die op valse facturen vermeld zijn. Dat de regeling tot doel heeft om de fiscale belangen van Kroatië te beschermen en misbruik en belastingfraude te voorkomen is niet van belang. Ook het argument dat de regeling tot doel heeft om het gebruik van illegaal verkregen energieproducten te voorkomen, vormt geen rechtvaardiging voor de regeling. De accijns heeft namelijk geen betrekking op illegaal verkregen energieproducten.

[Bron Uitspraak]