Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de WOZ-waarde van een woning te hoog is vastgesteld door onvoldoende rekening te houden met de ligging recht tegenover de ingang van een school.

X bezit een twee-onder-een-kapwoning, gebouwd in 1933, met een woonoppervlakte van 179 m2 en een perceel van 1003 m2. De heffingsambtenaar stelt de WOZ-waarde per 1 januari 2021 vast op € 1.480.000 en legt een aanslag onroerendezaakbelasting op. X maakt bezwaar tegen deze waardebepaling en stelt dat de waarde € 1.312.210 moet zijn. X betwist de waarde vanwege de ligging van de woning recht tegenover een ingang van een school, wat volgens hem een waardedrukkend effect heeft.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de heffingsambtenaar onvoldoende rekening heeft gehouden met de ligging van de woning recht tegenover de ingang van een school, wat een waardedrukkend effect heeft vanwege geluid- en parkeeroverlast. De heffingsambtenaar stelt dat de nabijheid van een school een subjectieve factor is en geen waardedrukkend effect heeft, maar het hof acht dit niet aannemelijk. Het hof stelt de waarde van de woning in goede justitie vast op € 1.375.000, omdat X de door hem verdedigde waarde van € 1.312.210 niet aannemelijk heeft gemaakt. Het hoger beroep is gegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Editie: 2 juni

Informatiesoort: VN Vandaag

27

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen