Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat het loon over opgebouwde verlofdagen meetelt voor de aftrek ter voorkoming van dubbele belasting.
X werkt in 2018 voor zijn werkgever 35 dagen buiten Nederland aan boord van een schip. Hij werkt 12 uur per dag en bouwt voor elke dag aan boord een verlofdag op. X dient op 21 november 2023 een verzoek in tot ambtshalve vermindering van de aanslag IB/PVV 2018, waarbij hij verzoekt om aftrek ter voorkoming van dubbele belasting voor het inkomen dat betrekking heeft op de in het buitenland gewerkte dagen. De inspecteur komt gedeeltelijk aan het verzoek tegemoet en bepaalt het inkomen waarvoor aftrek moet worden verleend op € 9111. X stelt dat ook het loon over de opgebouwde verlofdagen moet meetellen en berekent het inkomen waarvoor aftrek moet worden verleend op € 17.647. De inspecteur betwist dat het loon over de verlofdagen meetelt voor de voorkoming van dubbele belasting.
Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat het loon over de opgebouwde verlofdagen meetelt voor de aftrek ter voorkoming van dubbele belasting. De rechtbank baseert zich op het arrest van de Hoge Raad van 23 september 2005, ECLI:NL:HR:2005:AP1424, BNB 2006/52, waarin is bepaald dat het loon over vakantiedagen naar tijdsevenredigheid moet worden toegerekend aan de werkstaat. De rechtbank acht aannemelijk dat X recht heeft op doorbetaling van loon over de opgebouwde verlofdagen, zoals blijkt uit de overgelegde loonstroken. De dagenbreuk hoeft niet te worden toegepast. De rechtbank stelt het inkomen waarvoor aftrek ter voorkoming van dubbele belasting moet worden verleend vast op € 17.647. Het beroep van X is gegrond.
Wetsartikelen:
Wet op de loonbelasting 1964 11
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Rubriek: Internationaal belastingrecht, Loonbelasting
Editie: 30 mei
Informatiesoort: VN Vandaag