Belanghebbende, X, is woonachtig in Nederland en is in dienstbetrekking bij een bedrijf, gevestigd in Zwitserland. X verricht werkzaamheden op schepen van een aan zijn werkgever gelieerde vennootschap. X dient bezwaren in tegen de aanslagen IB/PVV 2015 tot en met 2021, omdat hij meent recht te hebben op (een aanvullende) aftrek elders belast voor de inkomsten uit dienstbetrekking.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X geen recht heeft op een aftrek ter voorkoming van dubbele belasting omdat hij inwoner is van Nederland en niet in Zwitserland heeft gewerkt. De rechtbank heeft reeds uitspraak gedaan in de zaak van X voor de aanslag IB/PVV 2014 en oordeelde dat de schepen niet worden geëxploiteerd in internationaal verkeer en daarom artikel 15 lid 3 van het verdrag met Zwitserland niet van toepassing is. Wegens misbruik van procesrecht veroordeelt de rechtbank X tot betaling van een gedeelte van de proceskosten. De beroepen van X zijn ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetingang:

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Zwitserse Bondsstaat tot het vermijden van dubbele belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en het voorkomen van het ontduiken en ontwijken van belasting artikel 15

Besluit proceskosten bestuursrecht artikel 1