Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat Nederland heffingsbevoegd is over de lijfrente-uitkering van X, omdat deze ten laste komt van de winst van Goudse Schadeverzekeringen.

X woont in 2021 in Thailand en ontvangt onder andere een lijfrente-uitkering van € 18.504 van Goudse Schadeverzekeringen. X doet aangifte inkomstenbelasting en premievolksverzekeringen (IB/PVV) als buitenlandse belastingplichtige met een aftrek elders belast van € 488.406. De inspecteur corrigeert de aanslag op basis van gerenseigneerde gegevens en vermindert de aftrek ter voorkoming van dubbele belasting naar € 462.248. X gaat in beroep en stelt dat Thailand heffingsbevoegd is over de lijfrente-uitkering van Goudse Schadeverzekeringen.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat Nederland heffingsbevoegd is over de lijfrente-uitkering van X. De rechtbank stelt vast dat de lijfrente-uitkering ten laste komt van de winst van Goudse Schadeverzekeringen, zoals bedoeld in art. 18 lid 2 van de Overeenkomst tussen Nederland en Thailand. De rechtbank verwerpt het standpunt van X dat Thailand heffingsbevoegd is op basis van de hoofdregel van de Overeenkomst (woonstaatheffing). De aanslag is correct vastgesteld. en het beroep is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk Thailand tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen 18

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Rubriek: Inkomstenbelasting, Internationaal belastingrecht

Editie: 23 mei

Informatiesoort: VN Vandaag

14

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen