X ontwikkelt prototypes. Het gaat daarbij om de ontwikkeling van een zelfstandig en lichtgewicht voertuig voor het bewerken van landbouwgronden op een zodanige manier dat bodemverdichting wordt voorkomen. Naar aanleiding van een controle door de RVO corrigeert de Minister van Economische Zaken de S&O-verklaringen. Volgens de minister is namelijk sprake van de bouw van prototypes waarvan aannemelijk is dat ze een productieve of commerciële betekenis kunnen hebben, omdat de prototypes op landbouwgrond van derden zijn getest. Verder stelt hij dat geen S&O-verklaringen zouden zijn afgegeven als X de juiste gegevens had verstrekt.
Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat X geen onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt bij de S&O-aanvragen. De toepasselijke wet- en regelgeving bevatten geen bepalingen over het uitsluiten van het testen bij derden voor speur- en ontwikkelingswerk. Het kon voor X bij het doen van de aanvragen dan ook niet duidelijk zijn dat zij in de aanvraagformulieren bij de onderdelen over het testen expliciet had moeten vermelden dat het, deels, ging om testen op landbouwgronden bij derden. Het CBB verwerpt ook de stelling van de minister dat de S&O- verklaringen niet waren verstrekt als hij had geweten van testen bij derden. De minister onderbouwt namelijk onvoldoende dat het testen bij derden niet noodzakelijk was om het werkingsprincipe aan te tonen, omdat hiervoor het testen op eigen terrein voldoende was. Ook de stelling dat testen bij derden betekent dat sprake is van een prototype met een potentiële commerciële of productieve betekenis wordt verworpen. Het bestreden besluit is onzorgvuldig voorbereid en is gebaseerd op een ondeugdelijke motivering. Het CBB vernietigt dan ook het besluit van de minister.
Wetsartikelen:
Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen 25
Instantie: College van Beroep voor het bedrijfsleven
Rubriek: Loonbelasting
Editie: 9 mei
Informatiesoort: VN Vandaag