Rechtbank Amsterdam oordeelt dat een proceskostenvergoeding zonder correctiefactor wordt toegekend, omdat de gemachtigde van X voldoende tijd en moeite heeft gestoken in de procedure.
X maakt bezwaar tegen de WOZ-waarde 2023 van zijn woning, die is vastgesteld op € 1.055.000. In de uitspraak op bezwaar wordt de WOZ-waarde verminderd naar € 981.000. X gaat in beroep. Tijdens de zitting op 20 januari 2025 bereiken partijen overeenstemming over een WOZ-waarde van € 603.000. De heffingsambtenaar vergoedt het griffierecht, maar partijen bereiken geen overeenstemming over de hoogte van de proceskostenvergoeding. X verwijst naar het arrest van de Hoge Raad van 17 januari 2025, ECLI:NL:HR:2025:46, V-N 2025/5.27, waarin bijzondere gevallen worden genoemd waarbij de correctiefactor niet van toepassing is. In geschil is of de proceskostenvergoeding zonder toepassing van de correctiefactor moet worden toegekend.
Rechtbank Amsterdam oordeelt dat een proceskostenvergoeding zonder correctiefactor wordt toegekend. De rechtbank stelt vast dat de gemachtigde van X voldoende tijd en moeite heeft gestoken in de procedure, zoals het opstellen van op de zaak toegespitste gronden en het overleggen van een schriftelijke verklaring van X. Daarnaast heeft de gemachtigde X meegenomen naar de zitting, waar een schikking is bereikt. De heffingsambtenaar wordt veroordeeld in de proceskosten tot een bedrag van € 1.814.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 30a
Instantie: Rechtbank Amsterdam
Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Editie: 16 mei
Informatiesoort: VN Vandaag