X ontvangt op 29 februari 2024 een naheffingsaanslag parkeerbelasting. Omdat X deze naheffingsaanslag niet betaalt, stuurt de heffingsambtenaar op 24 april 2024 een aanmaning. X maakt bezwaar tegen de aanmaning. Hij stelt dat de naheffingsaanslag niet op de juiste wijze kenbaar is gemaakt, dat hij geen e-mailnotificatie of vergelijkbare melding heeft ontvangen en dat niet kan worden volgehouden dat de naheffingsaanslag hem heeft bereikt. De heffingsambtenaar verklaart het bezwaar ongegrond. X gaat in beroep.
Rechtbank Amsterdam oordeelt dat de naheffingsaanslag parkeerbelasting rechtsgeldig bekend is gemaakt via de berichtenbox van MijnOverheid. De heffingsambtenaar heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat X elektronisch bereikbaar is en dat de naheffingsaanslag in de berichtenbox van X is geplaatst. Het al dan niet ontvangen van een e-mailnotificatie is niet van invloed op het tijdstip van bekendmaking. Het beroep is ongegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 2:14
Algemene wet bestuursrecht 3:41
Algemene wet bestuursrecht 3:40
Instantie: Rechtbank Amsterdam
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Editie: 24 juli
Informatiesoort: VN Vandaag