X BV exploiteert een uitzendbureau en is in 2018 aangemerkt als grote werkgever. Tot en met 31 december 2016 was X eigenrisicodrager voor de Ziektewet. De beschikking Werkhervattingskas 2017 is op 17 januari 2017 vanwege de beëindiging van het eigenrisicodragerschap voor de ZW herzien in verband met het – op de herziene beschikking vermelde – afwijkende premiepercentage ZW terugkerende werkgever. Bij de afgifte van de beschikking Werkhervattingskas 2018 is geen rekening gehouden met het afwijkende premiepercentage. Op 17 december 2020 heeft de inspecteur drie herziene beschikkingen voor 2018 afgegeven, waarbij het premiepercentage is verhoogd. Ook is daarbij een naheffingsaanslag loonheffingen opgelegd. In geschil is of de inspecteur bevoegd was om de beschikking te herzien en kon overgaan tot het opleggen van de naheffingsaanslag.
Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat het X BV redelijkerwijs kenbaar had moeten of kunnen zijn dat de beschikking Werkhervattingskas 2018 foutief was afgegeven. De inspecteur was daarom bevoegd deze beschikking te herzien en de naheffingsaanslag loonheffingen op te leggen. De wetgever heeft de wijziging van de status als eigenrisicodrager in de parlementaire geschiedenis genoemd als geval dat redelijkerwijs kenbaar wordt geacht. X BV heeft ook zelf verzocht om het eigenrisicodragerschap te beëindigen. Deze gevolgen voor het premiepercentage heeft de inspecteur ook vermeld in de herziene beschikking Werkhervattingskas 2017. Ook heeft X BV het lagere premiepercentage verwerkt in de kostprijs en de salarisadministratie. Het hof volgt X BV dan ook niet in haar betoog dat geen sprake is van een verzuim en daarom geen belastingrente in rekening mag worden gebracht. Omdat het haar redelijkerwijs kenbaar had kunnen zijn dat de beschikking foutief was, had ze om een herziening kunnen verzoeken. Het hoger beroep van X BV is ongegrond.
Wetingang:
Wet financiering sociale verzekeringen artikel 38
Wet financiering sociale verzekeringen artikel 59
Algemene wet inzake rijksbelastingen artikel 16
Algemene wet inzake rijksbelastingen artikel 30H
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Rubriek: Premieheffing, Sociale zekerheid algemeen, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Editie: 5 november
Informatiesoort: VN Vandaag