X schrijft een gebruikte Jeep Compass, afkomstig uit het buitenland, in het Nederlandse kentekenregister. Bij de aangifte voor BPM voegt X een taxatierapport met een hogere historische nieuwprijs, lagere handelsinkoopwaarde en schadeposten. De inspecteur laat de auto door DRZ taxeren, waarbij een lagere historische nieuwprijs en geen schade wordt vastgesteld. Op basis daarvan legt de inspecteur een naheffingsaanslag op. X betwist de historische nieuwprijs, de handelsinkoopwaarde, het ontbreken van schadeaftrek en vraagt om aanvullende waardevermindering wegens het ontbreken van een oordeel over de kilometerstand door de RDW. In geschil is of de naheffingsaanslag BPM terecht en tot het juiste bedrag is opgelegd, mede gelet op de schadeaftrek en overige waardeverminderingen.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X de door hem gestelde hogere historische nieuwprijs niet onderbouwt met concrete gegevens. De rechtbank neemt daarom de historische nieuwprijs van € 46.275 conform DRZ als uitgangspunt. X toont niet aan dat de handelsinkoopwaarde onjuist is vastgesteld of dat sprake is van waardevermindering door schade. Foto’s in het taxatierapport geven geen voldoende uitsluitsel over aard en omvang van de gestelde schade. Ook maakt X niet aannemelijk dat er twijfel bestaat over de kilometerstand die een extra aftrek rechtvaardigt. Alles overziend acht de rechtbank de naheffingsaanslag terecht en naar het juiste bedrag vastgesteld. Het beroep is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetingang:

Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 artikel 6

Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 artikel 10