In verband met zijn, onterechte, detentie kent Hof Den Haag in 2013 (€ 189.910) en 2014 (€ 189.910) aan X schadevergoedingen toe. Volgens X zijn deze vergoedingen toegekend wegens blijvende arbeidsongeschiktheid als gevolg van de onrechtmatige detentie. Zij zijn dan niet belast in box 1. Verder is in geschil per welke peildatum in box 3 rekening moet worden gehouden met een vordering op de Staat die X heeft in verband met de uit te keren schadevergoedingen. Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de inspecteur de schadevergoedingen terecht in box 1 belast. De schadevergoedingen zijn namelijk allemaal toegekend wegens geleden inkomensverlies gedurende de detentie, en dus ter vervanging van gederfd loon.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de in 2013 en 2014 toegekende schadevergoedingen zijn aan te merken als vergoedingen voor gederfd of te derven loon. Zij zijn dan ook terecht in box 1 belast. Uit de beschikkingen van het hof, en de inhoud van het deskundigenrapport dat aan de eindbeschikking ten grondslag ligt, blijkt namelijk dat de schadevergoedingen zijn toegekend wegens inkomensverlies dat verband houdt met de detentie en dat is opgetreden in de jaren 2005 - 2008. Dit inkomensverlies bestaat uit salaris, bonussen en gemiste pensioenopbouw die X gedurende die jaren uit zijn dienstbetrekking had kunnen verwerven als hij niet gedetineerd was geweest. De schadevergoedingen zijn niet toegekend omdat X door de detentie (tijdelijk) ziek is geweest gedurende een deel van 2007 en 2008. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 5.2
Wet inkomstenbelasting 2001 3.82
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Rubriek: Inkomstenbelasting
Editie: 12 juni
Informatiesoort: VN Vandaag