X BV is de moedermaatschappij van een fiscale eenheid met tien dochtermaatschappijen, actief in kraamzorg, medische en verpleegkundige diensten, administratieve dienstverlening, belastingadvies en vastgoedexploitatie. De aangifte VPB 2016 wordt ingediend door het belastingadviesbureau van de groep. De inspecteur legt op 4 april 2020 een aanslag op, inclusief belastingrente en een verzuimboete. Het bezwaarschrift wordt op 29 mei 2020 ingediend en op 2 juni 2020 ontvangen, veertien dagen na afloop van de zeswekentermijn. In geschil is of de termijnoverschrijding verschoonbaar is.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de overschrijding van de bezwaartermijn door coronagerelateerde omstandigheden verschoonbaar is en de inspecteur het bezwaar opnieuw moet behandelen. De coronapandemie en de daaropvolgende sluitingen en postvertragingen vormen omstandigheden die niet aan X zijn toe te rekenen. Hoewel X BV achteraf onvoldoende maatregelen heeft genomen om post tijdig te openen, is de verwijtbaarheid gering. Tussen 17 maart en 10 mei 2020 waren veel gebouwen namelijk beperkt of niet toegankelijk. X heeft voldoende voortvarend gehandeld door op 29 mei 2020 bezwaar tegen de bewuste aanslag in te dienen. De termijn verstrijkt namelijk in beginsel pas zes weken nadat de omstandigheid die het tijdig instellen van bezwaar verhinderde, zich niet langer voordoet. Het hoger beroep van X is gegrond. 

[Bron Uitspraak]

Wetingang:

Algemene wet bestuursrecht artikel 6.11