Belanghebbende (X) heeft teelland in eigendom (perceel K). A heeft bloembollenland (perceel G) in eigendom. Medio 1998 sluiten belanghebbende en A een koopovereenomst met betrekking tot perceel G. Deze koopovereenkomst is uitgewerkt in een koopakte van 15 januari 1999, waarbij belanghebbende optreedt namens een nader te noemen meester. In april 1999 sluit belanghebbende met C bv een ruilovereenkomst met betrekking tot de percelen K en G. Deze overeenkomst wordt op 19 augustus 1999 ondertekend. Uit een akte die op diezelfde dag is ondertekend, blijkt dat A perceel G aan C bv heeft verkocht en dat belanghebbende zijn perceel heeft geruild met het perceel dat C bv van A heeft gekocht. Belanghebbende en C bv doen ter zake van deze levering een beroep op de vrijstelling van overdrachtsbelasting ex art. 15 lid 1 onderdeel s WBR. De inspecteur is echter van mening dat de vrijstelling niet van toepassing is, omdat C bv perceel G niet heeft verkregen. Volgens de inspecteur heeft belanghebbende het perceel namelijk rechtstreeks van A verkregen. Hij legt dan ook een naheffingsaanslag overdrachtsbelasting van € 8.231 aan belanghebbende op. Rechtbank 's-Gravenhage is het daar mee eens. Hof 's-Gravenhage oordeelt dat belanghebbende niet aannemelijk heeft gemaakt dat C bv als "nader te noemen meester" de juridische en/of economische eigendom van perceel G heeft verkregen. Hieruit volgt dat belanghebbende ook niet aannemelijk heeft gemaakt dat sprake is van een ruil van perceel K tegen perceel G. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank. In verband met de lange behandelingstermijn van de procedure kent het hof nog wel een immateriële schadevergoeding van € 3.500 toe aan belanghebbende.
Gerelateerde artikelen
OVB-splitsingsvrijstelling voor bij splitsing verkregen aandelen
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de splitsingsvrijstelling van toepassing is op de verkrijging van de aandelen in C BV door X BV. Dit volgt uit de tekst van de wet. De toepasselijke bepalingen staan toepassing van de vrijstelling niet in de weg. Daarbij geldt dat de bedoeling van de besluitgever diffuus is.
Naheffingsaanslag overdrachtsbelasting na staking varkenshouderij terecht opgelegd
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de naheffingsaanslag overdrachtsbelasting terecht is opgelegd aan X BV vanwege het niet voldoen aan het voortzettingsvereiste na de staking van de varkenshouderij.
DNB pleit voor brede hervorming woningmarkt
De huizenprijzen blijven komende jaren verder stijgen, voorspelt De Nederlandsche Bank (DNB). DNB pleit voor een brede hervorming van de woningmarkt waarbij zowel het bijbouwen van huizen belangrijk is als het beperken van maatregelen als de hypotheekrenteaftrek. De centrale bank wijst er al langer op dat het fiscale voordeel voor huiseigenaren de vraag naar woningen en daarmee de huizenprijzen aanjaagt.
Geen verlaagd tarief overdrachtsbelasting voor bedrijfsmatig gebruikte schuren
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat het verlaagde tarief van 2% overdrachtsbelasting niet van toepassing is op bedrijfsmatig gebruikte schuren en percelen. Alleen het tuingedeelte bij de woning kwalificeert als aanhorigheid.
Geen Zoom-zitting voor autonoom / soeverein
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat het belang om het onderzoek ter zitting fysiek doorgang te laten vinden zwaarder weegt dan het belang van autonoom dan wel soeverein X om via een online verbinding aan het onderzoek ter zitting deel te kunnen nemen.
Geen samenloopvrijstelling overdrachtsbelasting voor bouwterrein
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de samenloopvrijstelling van overdrachtsbelasting niet van toepassing is omdat X BV niet aannemelijk maakt dat de grond kennelijk bestemd is om te worden bebouwd.
Aanpak schenk- en erfbelastingconstructies door Belastingdienst
Belastinginspecteurs worden aangespoord om constructies rondom de overdrachts-, schenk- en erfbelasting niet te accepteren, dit schrijft FD-journalist Laurens Berentsen. Het ministerie van Financiën heeft intern documenten vrijgegeven aan inspecteurs om gesjoemel met erfpachtconstructies en herroepelijke schenkingen actief en beter te kunnen bestrijden.
Belang van 5% onvoldoende voor consolidatie in overdrachtsbelasting
Onder verwijzing naar de wetsgeschiedenis over de doeleis oordeelt Hof Arnhem-Leeuwarden dat aan de doeleis wordt voldaan. Zelfs als de consolidatieregel van toepassing zou zijn, wordt aan de doeleis voldaan.