Het Hof van Justitie EU oordeelt dat Roemenië niet in strijd me het EU-recht handelt door producenten van elektriciteit uit hernieuwbare bronnen te onderwerpen aan een belasting over de inkomsten uit de verkoop van hun elektriciteit boven een bepaalde vastgestelde prijs.

Brăila Winds SRL, een Roemeense dochter van de Engie-groep, produceert elektriciteit via een windkrachtcentrale in Brăila. In 2021 voert Roemenië een elektriciteitsbelasting van 80% in. Producenten van elektriciteit uit fossiele brandstoffen, waaronder uit warmtekrachtkoppeling, en producenten van elektriciteit uit biomassa zijn vrijgesteld van deze belasting. Volgens Brăila is sprake van discriminatie en strijd met het beginsel van billijke verdeling van de belastingdruk. De Roemeense rechter stelt prejudiciële vragen in deze zaak.

Het Hof van Justitie EU oordeelt dat Roemenië niet in strijd me het EU-recht handelt door producenten van elektriciteit uit hernieuwbare bronnen te onderwerpen aan een belasting over de inkomsten uit de verkoop van hun elektriciteit boven een bepaalde vastgestelde prijs. Dat producenten van elektriciteit uit fossiele brandstoffen zijn vrijgesteld van deze belasting is niet van belang. Het Hof van Justitie EU wijst er daarbij op dat uit EU-verordening 2021/1119 en de daarmee nagestreefde doelstelling over klimaatneutraliteit blijkt dat deze verordening de lidstaten alleen maar verplicht om een algemene strategie op te stellen om die doelstelling te verwezenlijken.

[Bron Uitspraak]

Wetingang:

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie artikel 191

Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie

Rubriek: Europees belastingrecht, Milieuheffingen

Editie: 20 oktober

Informatiesoort: VN Vandaag

76

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen