Aziatische fabrikanten verkopen de door hen vervaardigde goederen aan het Zwitserse ITX Trading SA. ITX verkoopt het vervolgens door aan Grupo Massimo Dutti SA. Massimo Dutti houdt zich hoofdzakelijk bezig met de distributie van modeartikelen. De goederen worden vervolgens rechtstreeks vanuit Azië naar Spanje vervoerd, waarna de meeste goederen in het vrije verkeer worden gebracht en de rest onder de douane-entrepotregeling wordt geplaatst. Massimo Dutti geeft daarbij als douanewaarde de waarde op die de Aziatische fabrikanten aan ITX in rekening brengen. De Spaanse Belastingdienst is echter van mening dat deze eerste verkoop niet is gesloten met het oog op uitvoer naar het douanegebied van de EU, en dat dan ook de douanewaarde van de tweede verkoop in aanmerking moet worden genomen. Deze verkoop heeft volgens de fiscus namelijk daadwerkelijk geresulteerd in de invoer van de goederen in de EU. Massimo Dutti is het hier niet mee eens. De Spaanse rechter stelt prejudiciële vragen in deze zaak.
Het Hof van Justitie EU oordeelt dat de verkoop door de Aziatische fabrikanten aan ITX niet kan worden geacht te zijn gesloten met het oog op de uitvoer van goederen naar het douanegebied van de EU. Dit geldt wanneer de goederen twee keer zijn verkocht voordat zij het douanegebied van de EU zijn binnengebracht om daar ofwel onder de douane-entrepotregeling te worden geplaatst, ofwel in het vrije verkeer te worden gebracht. Verder is ook van belang dat ten tijde van de eerste verkoop alleen nog maar vaststaat dat de goederen bestemd zijn om dit gebied binnen te komen maar nog niet is bepaald waar zij uiteindelijk worden verhandeld.
Wetingang:
Communautair Douanewetboek (CDW) artikel 29
Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie
Rubriek: Europees belastingrecht, Douane
Editie: 3 november
Informatiesoort: VN Vandaag