Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de werkelijk leiding van X in Nederland ligt. De werkelijke leiding wordt volgens het hof uitgeoefend door W, de belastingadviseur van Q, en Z, de adviseur van de familie Q-K. De aanslagen zijn terecht opgelegd.

X is oorspronkelijk opgericht in 1992 als NV naar Nederlands recht. Op 20 juli 2015 heeft X haar rechtsvorm gewijzigd van een NV in een BV en per 15 december 2015 in een Kumpaniji Privati naar Maltees recht, waar zij staat geregistreerd als B Ltd. Q houdt via het Luxemburgse Y 90% van de aandelen in X. De andere 10% van de aandelen Y wordt gehouden door K, de echtgenote van Q. Y is een transparant lichaam voor Nederlandse fiscale doeleinden. Q en K wonen sinds 2011 in België. Met ingang van 10 november 2011 is de bestuurlijke zetel van X verplaatst naar Malta. Naar aanleiding van een onderzoek naar de vestigingsplaats van X concludeert de inspecteur dat X in Nederland is gevestigd. De inspecteur legt vervolgens VPB-(navorderings)aanslagen op voor de jaren 2012, 2013 en 2015. Tevens legt hij een naheffingsaanslag dividendbelasting 2013 op. X is van mening dat haar werkelijke leiding niet in Nederland is gelegen. Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de inspecteur aannemelijk maakt dat de werkelijke leiding van X zich in Nederland bevindt. X gaat in hoger beroep.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de werkelijk leiding van X in Nederland ligt. De aanslagen zijn dan ook terecht aan X opgelegd. Het hof overweegt dat onder de plaats waar de werkelijke leiding van een lichaam is gelegen moet worden verstaan de plaats waar de kernbeslissingen met betrekking tot de activiteiten van het lichaam worden genomen. Verder is van belang waar de eindverantwoordelijkheid voor deze beslissingen wordt gedragen en van waaruit in voorkomende gevallen instructie wordt gegeven aan de binnen het lichaam werkzame personen. Wie de dagelijkse leiding heeft bij de uitvoering van een en ander is voor de bepaling van de plaats van werkelijke leiding van een lichaam niet van betekenis. Volgens het hof maakt de inspecteur met de door hem in het geding gebrachte overeenkomsten, e-mailcorrespondentie en urenspecificaties, alsmede de door hem aangevoerde beperkte fee en tijdsbesteding van het Maltese trustkantoor, voldoende feiten en omstandigheden aannemelijk waaruit volgt dat de werkelijke leiding van X niet berust bij de aan het Maltese trustkantoor verbonden statutaire bestuurder van X, maar bij W en Z in Nederland. Uit het dossier volgt dat zij een initiërende, sturende en coördinerende rol vervullen ten aanzien van X. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank.

[Bron Uitspraak]

Wetingang:

Wet op de vennootschapsbelasting 1969 artikel 2

Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Malta tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen artikel 4

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Rubriek: Vennootschapsbelasting

Editie: 17 december

Informatiesoort: VN Vandaag

47

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen