Met dit wetsvoorstel wordt een aantal aanpassingen in onder andere de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Awir) en de Wet hersteloperatie toeslagen doorgevoerd. Hierdoor wordt een aantal knelpunten opgelost in het toeslagenstelsel. Het gaat onder andere om:
-
Uitzondering op het partnerbegrip voor mensen met een vermiste partner, een partner in detentie of erkende vluchtelingen met een partner in het buitenland, zodat zij hetzelfde recht krijgen op toeslagen als alleenstaanden;
-
Verlenging van de aanvraagtermijn voor huurtoeslag, zorgtoeslag en kindgebonden budget tot 31 december van het volgende jaar, om niet-gebruik tegen te gaan;
-
Niet met terugwerkende kracht toeslagen aanpassen bij bepaalde besluiten van andere overheden, om onvoorziene terugvorderingen te beperken;
-
Aanpassing boetebeleid, waarbij de bevoegdheid vervalt voor Dienst Toeslagen om verzuimboetes op te leggen bij verzuimen van burgers zonder opzet of grove schuld;
-
Afschaffen van rente op terugvorderingen en nabetalingen, ter vermindering van financiële lasten en vereenvoudiging van de uitvoering;
-
Het introduceren van een uiterste aanvraagdatum in de Wht voor de regeling voor huurtoeslag, zorgtoeslag en kindgebonden budget (HZK-regeling);
-
Het opnemen van een delegatiebepaling met betrekking tot de uiterste aanvraagdatum voor de regeling voor aanvullende compensatie voor de werkelijke schade.
De wet moet in werking treden op 1 januari 2026. Een aantal bepalingen werkt terug tot een eerdere datum.
Rubriek: Toeslagen en zorgverzekeringswet, Fiscale wetsvoorstellen
Editie: 28 november
Informatiesoort: VN Vandaag