Artikelen van Marco Gomes Vale Viga
“Tweede Kamer steunt BTW-verhoging”, zo kopt Teletekstpagina 107 op 8 november 2024. Diezelfde week kreeg ik de vraag hoe het komt dat de aangekondigde BTW-verhoging op sport, boeken, hotels en theater in de media veel aandacht krijgt en in de fiscale literatuur weinig.
Waar het politieke credo enkele jaren terug nog luidde ‘ruim baan voor de starter en zelfbewoner’ is het nu ‘vergeet de investeerder niet’. De Eerste Kamer vraagt het kabinet in kaart te brengen op welke manier de overdrachtsbelasting voor beleggers substantieel verlaagd kan worden (Kamerstukken I 2023/24, 36496, nr. O).
7 juli 2023 bevestigde de Hoge Raad maar weer eens dat een tijdmachine onmisbaar is in de bezwaar- en beroepsfase. Waarom? Die hete zomerdag voorzag de Hoge Raad de door hem uitgezette lijn in de Credit Suisse-arresten (V-N 2017/22.9) van een in de tijd schier oneindige Unierechtelijke dimensie.
‘‘Wie kan er een naam voor dit schepsel verzinnen
Een beest dat een slurf heeft en poten en vinnen
En vleugels en oren zo groot als de krant:
Dag schild-papa-plu-vlo-flaming-olifant!”
“Hou toch op, de economische realiteit is dat de kopers juridisch twee overeenkomsten sluiten.” Ik probeer nog steeds chocolade te maken van deze verhaspeling, ik bedoel, reactie op vragen over een als ‘gescheiden koop-/aanneming’ gepresenteerde casus.
Bewust of onbewust doen diverse commentatoren hun best het belang van V-N 2022/4.12 klein te houden. Dat verbaast mij. In het arrest over de splitsingsvrijstelling in de overdrachtsbelasting heeft de Hoge Raad niet voor niets antwoord gegeven op een vraag die van belang is voor de eenheid en/of de ontwikkeling van het recht.
In deze Uitvergroot vraagt BTW-specialist Marco Gomes Vale Viga zich af hoe compliant gedrag kan worden gestimuleerd bij BTW-plichtigen om de VAT Gap te verkleinen.
We schrijven 19 januari 2021. De motie-Jetten/Marijnissen roept de regering op om buiten twijfel te stellen dat algemene beginselen van behoorlijk bestuur (abbb) leidend zijn, indien strikte toepassing van formele wetten tot materieel onaanvaardbare uitkomsten leidt. Dezelfde dag doet Hof Amsterdam in die geest uitspraak in een overdrachtsbelastingzaak.
Afgelopen juni kondigde de Centrale Raad van Beroep (CRvB) een proef aan met snelle, oplossingsgerichte rechtspraak.
Van tijd tot tijd roepen aanhangige prejudiciële vragen een ‘déjà vu’ in nationale jurisprudentie op.