Aangifte loonheffingen: gebruik nieuw percentage gedifferentieerde premie Whk
1 februari 2016
Voor de 1e aangifte loonheffingen over 2016 hebben werkgevers die hun personeel hebben verzekerd voor de werknemersverzekeringen, het nieuwe percentage voor de gedifferentieerde premie Werkhervattingskas (Whk) nodig.
De percentages voor de gedifferentieerde premie Whk staan in de brief die de Belastingdienst in november naar de werkgevers heeft verstuurd.
Het bruto wettelijk minimumuurloon bedraagt per 1 januari 2026 € 14,71 per uur. Het referentiemaandloon bedraagt per 1 januari 2026 bruto € 2294,40 per maand. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft dit bekendgemaakt.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat nabetalingen van invaliditeitspensioen en WAO-uitkering worden belast in het jaar van ontvangst. Het kasstelsel bepaalt het genietingstijdstip ongeacht de periode waarop de betaling betrekking heeft.
De Kennisgroep premieheffing inhouding/Wtl heeft een eerder gepubliceerde standpunt over de vraag hoe de heffing van de Zvw moet plaatsvinden als een DGA een stamrechtaanspraak als een bedrag ineens laat uitkeren, aangevuld. Aan het standpunt is toegevoegd dat alleen heffing Zvw kan plaatsvinden voor zover sprake is van een loontijdvak.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat een in 2022 ontvangen nabetaling van een WIA-uitkering over meerdere jaren niet leidt tot dubbele belastingheffing.
Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat X in 2011, 2012 en 2016 volledig premieplichtig is voor de Nederlandse volksverzekeringen. Het betalen van sociale premies in het buitenland geeft geen recht op verrekening of vermindering van het fiscale loon.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de inspecteur terecht het tijdsevenredige premiepercentage toepast bij de berekening van de uitbetaling van de heffingskorting in het jaar waarin X de AOW-leeftijd bereikt.
Hof Amsterdam oordeelt dat (i) het deel van de Regeling Wfsv dat tijdsevenredige herrekening van het premie-inkomen bij overlijden uitsluit, niet in strijd is met internationale verdragsbepalingen en (ii) geen aanleiding bestaat om de Regeling Wfsv voor dat deel onverbindend te verklaren. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).
Het Ministerie van Financiën heeft een mededeling uitgebracht waarin staat hoe buitenlandse sociale verzekeringen gekwalificeerd moeten worden bij het bepalen van het Nederlandse fiscale loon.
Het kabinet wil het minimumjeugdloon niet verhogen in juli 2026, zoals de Kamer heeft gevraagd in een aangenomen motie van Volt. Demissionair minister Keijzer neemt tijdelijk Sociale Zaken waar en schrijft in antwoorden op Kamervragen dat ze de motie niet uitvoert vanwege de financiering.