De MIA (Milieu-investeringsaftrek) biedt ondernemers een belastingvoordeel bij investeringen in milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen. De Vamil (Willekeurige afschrijvingen Milieu-investeringen) biedt de mogelijkheid om milieuvriendelijke investeringen op een willekeurig moment af te schrijven. MIA en Vamil zijn twee aparte regelingen, maar worden wel vaak gecombineerd. Hieronder zijn een aantal algemene voorwaarden weergegeven.
In zijn algemeenheid zijn er mogelijkheden voor ondernemers die investeren in een Elektrische- of Plugin-hybride personenauto.
 
Algemene voorwaarden:
  • Het bedrijfsmiddel moet op de Milieulijst 2015 voorkomen. Elk bedrijfsmiddel heeft op de Milieulijst een code meegekregen. Indien de code begint met A, B, C of F, dan is voor het bedrijfsmiddel Vamil mogelijk. Voor 2015 geldt dat een bedrijfsmiddel dat voor Vamil in aanmerking komt voor 75% willekeurig kan worden afgeschreven. Het voordeel is dat door flexibel afschrijven minder inkomsten- of vennootschapsbelasting wordt betaald. Dit geeft een liquiditeits- en een rentevoordeel.
  • Indien de code met F of G begint, komt 36% van het investeringsbedrag in aanmerking voor investeringsaftrek. Bij code A en D is dit 27% en bij code B en E 13,5%.
  • De investeringsaftrek kan extra ten laste worden gebracht van de fiscale winst. Hierdoor wordt gedurende één of meerdere jaren minder inkomsten- of vennootschapsbelasting betaald. Voor een aantal bedrijfsmiddelen geldt een aftopping; dit betekent dat er een maximumbedrag geldt.
  • Elk bedrijfsmiddel is omschreven met een titel, de bestemming en de onderdelen waaruit het bedrijfsmiddel bestaat. Voor de meeste zaken wordt hiermee het doel, middel en werking exact omschreven. Bij een aantal bedrijfsmiddelen worden nog aanvullende eisen gesteld, bijvoorbeeld certificaten (o.a. groenlabel), keuringsrapporten (o.a. geluidsemissie) of EG-typeverklaringen.
  • Aanschafkosten per bedrijfsmiddel minimaal € 2.500.
  • Verplichting is aangegaan in 2015, binnen 3 maanden na opdrachtverstrekking melden.
  • Alleen voor nieuwe bedrijfsmiddelen; geen 2e hands, showroommodellen of bedrijfsmiddelen die via zelfbouw tot stand zijn gekomen. Het is wel mogelijk om voortbrengingskosten te melden, zoals arbeidskosten van een eigen medewerker die een gedeelte van de montage verzorgt.
 
Voorgaande geeft een korte samenvatting van de belangrijkste voorwaarden; er gelden nog een aantal andere eisen. 
 

Bron: Accon avm

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Inkomstenbelasting

0

Gerelateerde artikelen