Met ingang van 1 januari 2016 zijn de wettelijke documentatieverplichtingen ten aanzien van Transfer Pricing uitgebreid. Alle internationaal opererende groepen met een geconsolideerde omzet vanaf 750 miljoen euro hebben onder andere de verplichting om een Country-by-Country-report (CbC-report) in te dienen. Het feitelijke CbC-report hoeft pas 12 maanden na het einde van het boekjaar te zijn ingediend. Nederlandse entiteiten op wie – in principe – de CbC-reporting verplichting rust, moeten wel uiterlijk aan het einde van het boekjaar aan de Nederlandse belastingdienst meedelen welke entiteit binnen de groep het CbC-report gaat indienen. Voor boekjaren die op 1 januari 2016 zijn gestart ligt de deadline voor deze mededeling daarom op 31 december 2016!
In veel gevallen zal het CbC-report uiteindelijk worden ingediend door het hoofd van de groep, aangezien deze het meest eenvoudig over de gevraagde gegevens kan beschikken. Dit kan een Nederlandse entiteit zijn. Indien een Nederlandse entiteit het CbC-report niet zelf gaat indienen, moet deze het volgende aan de Nederlandse Belastingdienst meedelen:
- de statutaire naam
- de feitelijke vestigingsplaats
- het fiscaalnummer van de indienende entiteit aan de Nederlandse belastingdienst meedelen.
Belangrijk om hierbij in gedachten te houden, is dat in de jurisdictie van de entiteit die een CbC-report gaat indienen er:
- een wettelijke verplichting is om een CbC-report op te stellen.
- op basis van een belastingverdrag uitwisseling van het CbC-report met de Nederlandse belastingdienst mogelijk is.
- de andere belastingdienst niet structureel nalatig is met het uitwisselen van gegevens, daar anders vanuit Nederlands fiscaal perspectief geen rechtsgeldige indiening kan plaatsvinden.
Op dit moment is het nog lang niet in alle landen wettelijke verplicht om een CbC-report op te stellen. Hierdoor kan het voorkomen dat het vaststellen van de entiteit die vanuit Nederlands fiscaal perspectief het CbC-report rechtsgeldig kan indienen een langdurige procedure/zoektocht wordt. Van belang hierbij is om te beseffen dat ook voor ‘kleine' Nederlandse vennootschappen binnen een internationaal opererende groep de verplichting van de notificatie van de Nederlandse belastingdienst geldt. Hierdoor kunnen bedrijven die in Nederland slechts een beperkt aantal personeelsleden hebben en/of een zeer beperkte omzet/winst behalen, maar onderdeel zijn van een internationaal opererende groep, toch geconfronteerd worden met de notificatieverplichting.
Let op: Niet/niet tijdig voldoen aan deze notificatieverplichting kan leiden tot geldboetes en/of gevangenisstraffen die respectievelijk kunnen oplopen tot ruim €20.000 en/of 4 jaar.
Bron: Baker Tilly Berk
5