De opbrengst van een nieuwe CO2-belasting op autobrandstoffen, die in 2027 ingaat, moet worden geïnvesteerd in schone mobiliteit en niet simpelweg worden gebruikt om gaten in de Rijksbegroting op te vullen. Daarvoor pleiten uiteenlopende belangenorganisaties, waaronder de ANWB, de BOVAG en Natuur & Milieu.
In heel de EU moeten brandstofleveranciers straks CO2-rechten gaan kopen, waarvan de lidstaten zelf de opbrengst mogen uitgeven. De regeling is bedoeld als stimulans om het wegverkeer verder te verduurzamen. Aan de pomp worden benzine en diesel 11 tot 13 cent duurder, verwachten de organisaties. Ze zijn het erover eens dat de opbrengst moet worden gebruikt om bijvoorbeeld het aantal elektrische auto's te laten toenemen, of de laadinfrastructuur uit te breiden.
Volgens de organisaties ziet het er vooralsnog echter naar uit dat in Nederland zo'n driekwart van de verwachte opbrengst regelrecht de schatkist in zal gaan. "Het geld uit opbrengsten van deze CO2-heffing is niet bedoeld om de gaten in de begroting te dichten", stellen de belangenclubs, waaronder ook de RAI Vereniging en de Vereniging van Nederlandse Autoleasemaatschappijen (VNA). Ze roepen zowel het kabinet als de Tweede Kamer op "de handen ineen te slaan en dit alsnog goed te regelen", op zo'n manier dat mensen die minder te besteden hebben "ook mee kunnen doen". Zij betalen immers ook volop mee aan de heffing.
Bron: ANP
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen, Milieuheffingen