Dit laat de bewindsman weten in een brief aan de Tweede Kamer. Hierin reageert hij op vragen over hoe het kan dat de Nederlandse Spoorwegen (NS) een dochter in Ierland heeft en zo profiteert van een laag tarief voor winstbelasting in dat land. Volgens Dijsselbloem gaat het hier om een wettelijk toegestane constructie die geheel begrijpelijk is vanuit bedrijfseconomisch opzicht.
Aan de andere kant erkent hij dat een staatsdeelneming zich bewust moet zijn van haar maatschappelijke positie. Bovendien zijn de aandelen in handen van de Nederlandse staat. Dit is dan ook de reden dat Dijsselbloem de NS heeft verzocht om te kijken naar mogelijkheden om de Ierse dochtermaatschappij te verplaatsen naar Nederland. Bovendien verzoekt hij de NS om de toekomstige aanschaf van nieuw materieel niet langer via Ierland te laten lopen. Zijn bevoegdheden als aandeelhouder zijn echter beperkt. Een aandeelhouder kan in het algemeen wel aangeven welke beleidslijn hij verwacht van de onderneming, maar hij kan de Raad van Bestuur niet opdragen hoe deze zich op moet stellen in een concreet geval. In het geval van de NS heeft Dijsselbloem een algemene gedragslijn overgebracht die van staatsleningen mag worden verwacht.
Tijdens het algemene overleg in de Tweede Kamer op 6 december zal Dijsselbloem verder ingaan op de fiscaliteit bij staatsdeelnemingen. In zijn brief benadrukt hij alvast dat voor een staatsdeelneming dezelfde wet, in casu de vennootschapsbelasting, geldt als voor andere bedrijven. Dijsselbloem: 'Staatsdeelnemingen zijn private ondernemingen, die veelal (deels) in concurrentie met andere ondernemingen actief zijn. In juridisch en economisch opzicht verschillen zij ook niet van andere bedrijven.'
Bron: Redactie TaxLive
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Vennootschapsbelasting, Internationaal belastingrecht