Bij de invoering van het nieuwe belastingstelsel op 1 januari 2001 werd aangenomen dat belastingplichtigen een gemiddelde rente kunnen bijschrijven op hun spaarrekening van 4%. Over dit in de wet opgenomen veronderstelde rendement wordt vervolgens 30% belasting betaald. Al vele jaren blijkt dat de gemiddelde rente fors lager is dan 4%.
Coen Mijnsbergen van Bezwaarportaal, licht toe: "De Hoge Raad concludeert eerst dat het huidige belastingstelsel toelaatbaar is. Vervolgens voegt de Hoge Raad daar echter aan toe dat dit stelsel in strijd kan komen met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) indien zou komen vast te staan dat het door de wetgever veronderstelde rendement van vier percent over een lange reeks van jaren niet haalbaar is. Bij het huidige belastingtarief van 30% zou een belastingplichtige als gevolg hiervan geconfronteerd kunnen worden met een buitensporig zware last en daarmee wordt artikel 1 van het Eerste Protocol bij het EVRM geschonden. U kunt deze toevoeging zien als een waarschuwing aan de wetgever, een aankondiging van een mogelijke uitkomst van een procedure".
De aanpassing van het forfaitair rendement is politiek een heet hangijzer. In juni 2013 constateerde de commissie Van Dijkhuizen nog dat het feitelijke rendement sinds de invoering van het belastingstelsel fors is achtergebleven bij het forfaitaire rendement van 4%. De commissie stelde voor het forfaitaire rendement jaarlijks aan te passen aan de gemiddelde spaarrente over de afgelopen vijf jaren. Daarmee zou belasting worden geheven over een reëel rendement.
Staatssecretaris Weekers liet eerder al weten het probleem van het forfaitaire rendement te onderkennen en de onvrede bij spaarders te begrijpen. Vanwege budgettaire redenen werd tot op heden afgezien van een verlaging van het forfait.
Bron: Bezwaarportaal.nl
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Inkomstenbelasting