EY Blog van Daniël Smit, EU Tax Services, EY Nederland & bijzonder hoogleraar Tilburg University en Steven Verschuur Partner HVG Law LLP, Brussel / Amsterdam. Het zal niemand zijn ontgaan dat er in de internationale fiscale praktijk al geruime tijd veel te doen is om het Europese staatssteunverbod. De Europese Commissie heeft namelijk het staatssteuninstrument ingezet als wapen tegen bepaalde internationale belastingstructuren.
Als sprake is van verboden staatssteun dat leidt dit in beginsel tot terugvordering van het voordeel over de afgelopen 10 jaar (inclusief rente). Een vraag die in de praktijk vaak minder aandacht krijgt, is hoe de terug te vorderen fiscale steun precies moet worden bepaald.

Terugvordering van fiscale steun

Uitgangspunt is dat de terugvordering van fiscale staatssteun plaats vindt op basis van nationale procedurele regels. De Nederlandse fiscale procedureregels voorzien op dit moment echter niet in een sluitende grondslag voor terugvordering van fiscale steun.
 
Daarom is onlangs het Wetsvoorstel "terugvordering staatssteun" ingediend. Op basis van het voorstel geschiedt terugvordering door het opleggen van een ‘gewone' navorderingsaanslag of naheffingsaanslag.
 
De voorwaarden en de verjaringstermijnen die gelden voor navordering en naheffing worden bij de terugvordering van fiscale staatssteun opzij gezet. De voor navordering en herziening geldende voorwaarden van een nieuw feit of van kwade trouw zullen bij terugvordering van staatssteun dus niet worden gesteld.
 
Als de begunstigde daarmee instemt, kan de terugvordering op praktische wijze, bij voorbeeld via één navorderingsaanslag voor verschillende jaren, worden vormgeven. Kern van dit voorstel is dus dat terugvordering van fiscale staatssteun plaatsvindt met behulp van de bestaande instrumenten ‘navordering' en ‘naheffing' uit de Algemene Wet Rijksbelastingen.
 
Hierdoor zou er internationaal geen twijfel over mogen bestaan dat verstrekte fiscale staatssteun als ‘belasting' wordt teruggevorderd. Om dezelfde reden heeft België ervoor gekozen om de terugvordering van de vermeende steun in de ‘excess profit' zaak ook langs fiscale weg te regelen.
 
Onder meer de Amerikaanse multinationals waarvan België steun moest terugvorderen, zouden daardoor in de Verenigde Staten mogelijk ‘foreign tax credits' kunnen claimen.

Winsten alsnog belasten

De omgekeerde situatie kan zich ook voordoen, namelijk dat een ander land dezelfde winsten al heeft belast of dit op korte termijn gaat doen.
 
Zo deed de Commissie in het persbericht bij de Apple beschikking een oproep aan andere landen die mogelijk aanspraak konden maken op onbelaste winsten van Apple om, op basis van de bevindingen van de Commissie, nog eens goed te kijken of zij deze winsten niet alsnog konden belasten. Volgens de Commissie hoefde Ierland deze winsten niet te belasten (lees: steun terug te vorderen) als andere landen dit al gingen doen.
 
Dubbele belasting was ook aan de orde in de Fiat-zaak, waar de winsten die volgens de Commissie door Luxemburg hadden moeten worden belast al (grotendeels) waren belast door andere landen (met name Italië).
 
Hetzelfde probleem speelde voor enkele partijen met een ‘excess profit' ruling, wat voor de Belgische wetgever aanleiding was om een wettelijke regeling te treffen ter voorkoming van dubbele belasting als gevolg van terugvordering.

Terugvordering staatssteun berekenen

Een ander belangrijk vraagstuk in het kader van terugvordering van fiscale staatssteun is de kwantificering van de steun. Anders gezegd, hoe moet de omvang van het terug te vorderen voordeel worden berekend?
 
Het uitgangspunt dat hierbij wordt gekozen is dat de belastingplichtige in de financiële en fiscale positie moet worden gebracht waarin hij zonder de staatssteun zou hebben verkeerd. Concreet betekent dit dat niet alleen de steun wordt gecorrigeerd.
 
In lijn met de Europese rechtspraak wordt bij de terugvordering van steun ook rekening gehouden met een eventueel andere gunstiger of ongunstiger fiscale behandeling die op de verrichte transactie van toepassing zou zijn geweest als de steun niet verleend zou zijn. Dit kan bijvoorbeeld betekenen dat buitenlandse bronbelasting alsnog kan worden verrekend.
 
Dit betekent verder dat als de belastingplichtige bijvoorbeeld als gevolg van een ruling, die door de Europese Commissie als staatssteun is gekwalificeerd, geen gebruik heeft gemaakt van bepaalde aftrekposten, deze aftrekposten alsnog kunnen worden meegenomen bij het berekenen van het bedrag dat de belastingplichtige verschuldigd zou zijn geweest zonder de vermeende steunmaatregel.
 
Daardoor kan het terug te vorderen bedrag soms nog wel eens meevallen…
 
 

Bron: EY

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Bronbelasting, Europees belastingrecht

10

Gerelateerde artikelen