Nieuwe vennoten van een vennootschap onder firma (v.o.f.) zijn hoofdelijk aansprakelijk voor alle schulden van de v.o.f. die ten tijde van hun toetreding tot de v.o.f. bestaan of daarna zullen ontstaan. Datzelfde geldt voor nieuwe beherend vennoten van een commanditaire vennootschap (cv). Dat heeft de Hoge Raad verduidelijkt in zijn belangrijke uitspraak van vrijdag 13 maart 2015. Ten aanzien van een v.o.f. overwoog de Hoge Raad eerder bij arrest van 6 februari 2015 dat een faillissement van een v.o.f. niet steeds ook het faillissement van de vennoten tot gevolg heeft. Wij schreven daar deze alert over.

De achterliggende motivering

Deze verduidelijking geldt wanneer de v.o.f. of de cv bij de toetreding van een of meerdere (beherend) vennoten is voortgezet. Volgens het Wetboek van Koophandel zijn de beherende vennoten van een cv hoofdelijk verbonden. Bovendien bepaalt het Wetboek van Koophandel zowel voor beherend vennoten van een cv als voor vennoten van een v.o.f. dat iedere vennoot hoofdelijk verbonden is "wegens de verbindtenissen der vennootschap". Volgens de Hoge Raad valt in deze bepalingen geen beperking te lezen tot verbintenissen van de vennootschap die zijn ontstaan nadat een vennoot is toegetreden. Daarnaast brengt de strekking van deze bepalingen in het Wetboek van Koophandel mee dat de hoofdelijke verbondenheid van de vennoten alle schulden betreft die ten tijde van hun toetreding tot de vennootschap bestaan, of nadien ontstaan. Deze bepalingen beogen volgens de Hoge Raad immers de schuldeisers van een v.o.f. of een cv te beschermen in een situatie waarin het (van dat van de vennoten) afgescheiden vennootschapsvermogen ontoereikend is om aan alle verbintenissen van de vennootschap te voldoen, door hun een verhaalsmogelijkheid te geven op het vermogen van de (beherend) vennoten zelf.
 
Met betrekking tot een cv wijst de Hoge Raad bovendien op een parallel met de aansprakelijkheid van stille vennoten van een cv die in strijd met het wettelijke beheersverbod daden van beheer verrichten of werkzaam zijn in de zaken van de vennootschap. De aansprakelijkheid van een stille vennoot voor schulden van de cv is in beginsel beperkt tot zijn inbreng in de vennootschap. Indien een stille vennoot echter in strijd met het beheersverbod handelt, wordt hij evenwel hoofdelijk aansprakelijk voor alle schulden en verbintenissen van de vennootschap. Deze hoofdelijke aansprakelijkheid geldt ook voor schulden die zijn ontstaan voordat de stille vennoot in strijd met het beheersverbod handelde.

Wat betekent dit in de praktijk?

Deze verduidelijking van de Hoge Raad is goed voor de rechtszekerheid. Schuldeisers van een v.o.f. of een cv hoeven geen nader onderzoek te doen om vast te stellen welke vennoot of vennoten kunnen worden aangesproken en voor welke schulden. Personen die als (beherend) vennoten wensen toe te treden tot een bestaande v.o.f. of cv zullen goed de schuldenpositie van de vennootschap moeten beoordelen. Zij lopen namelijk het risico ook voor oude schulden te worden aangesproken. Een nieuwe (beherend) vennoot zou eventueel garanties kunnen bedingen van de overige vennoten.
 
 

Bron: Buren

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Civiel recht algemeen, Insolventierecht

0

Gerelateerde artikelen