De omzet van het Nederlandse bedrijfsleven blijft voor een groot deel afhankelijk van de opbrengsten van bedrijven die vallen onder buitenlands zeggenschap. Van iedere euro die hier wordt omgezet, komt ongeveer 37 eurocent toe aan een onderneming met een moederbedrijf buiten onze landsgrenzen. Dat schrijft het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vrijdag in een rapport.
Het Nederlandse bedrijfsleven telt in totaal meer dan 1 miljoen bedrijven. Daarvan zijn er ongeveer 12.000 onder zeggenschap van een buitenlands moederbedrijf. Naast het gegeven dat bijna 40 procent van de omzet toe te schrijven is aan de 'buitenlanders', zijn die bedrijven ook nog eens goed voor 19 procent van de werknemers. Circa 867.000 mensen zijn in dienst van een van huis uit buitenlandse onderneming.
Het aandeel van buitenlandse bedrijven aan de Nederlandse economie ligt volgens het statistiekbureau al jaren op een gelijk niveau. Vooral van huis uit Amerikaanse bedrijven dragen fors bij aan de omzet van het Nederlandse bedrijfsleven. Circa 12 procent van de totale omzet werd in 2014 door bedrijven onder Amerikaans zeggenschap gerealiseerd. Dat komt neer op een bedrag van 165 miljard euro. Vaak gaat volgens het CBS om bedrijven die actief zijn in de ICT.
Duitsland en het Verenigd Koninkrijk waren goed voor respectievelijk 68 miljard en 52 miljard euro aan omzet.
Verschillende openstaande moties en toezeggingen die te maken hebben met wetgeving om de hervorming van het belasting- en toeslagenstelsel voor te bereiden, worden niet meer uitgevoerd door het demissionaire kabinet. Dat schrijft staatssecretaris Heijnen van Financiën aan de Eerste Kamer.
Academische ziekenhuizen willen dat het volgende kabinet meer maatregelen neemt om te voorkomen dat mensen gezondheidsproblemen krijgen. Ze pleiten onder meer voor een "slimme suikertaks", waarbij de heffing op eten of drinken hoger wordt naarmate er meer suiker in zit. Dat moet mensen stimuleren om gezonder te leven.
In 1950 verscheen de allereerste Fiscale Monografie onder de titel ‘Liquidatiewinst’, geschreven door M.A. Wisselink. In de 75 jaar die volgden zijn 183 monografieën gepubliceerd in de bekende rode fiscale reeks. Ter gelegenheid van dit jubileum is aan een aantal auteurs gevraagd hoe zij de totstandkoming van hun Fiscale Monografie hebben beleefd en hoe zij terugblikken op het bereikte resultaat. Deze bijdragen zijn gebundeld in de WFR-special ‘75 jaar Fiscale Monografieën’, waarvan het eerste exemplaar op 29 oktober 2025 is uitgereikt.
Met de miljarden uit het coronaherstelfonds had meer voor bedrijven in de Europese Unie gedaan kunnen worden, vindt de EuropeseRekenkamer(ERK). In ruil voor geld uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit (Recovery and Resilience Facility — RRF) van de EU beloofden landen hervormingen en investeringen ten bate van het ondernemingsklimaat. De waakhond van de Europese financiën ziet dat dit nog onvoldoende heeft opgeleverd.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State verduidelijkt in een overzichtsuitspraak hoe gemeenten moeten omgaan met verzoeken tot wijziging van identiteitsgegevens op grond van art. 2.58 Wet brp.
Staatssecretaris De Vries van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp geeft antwoord op Kamervragen van de leden Hirsch en Stultiens (beiden GL-PvdA) over de Argentijnse oliemaatschappij Pluspetrol.
In de Limburgse politiek is ruime steun om de maximale koopsom van een huis voor startersleningen op te hogen. Nu kunnen starters via hun gemeente geld lenen om de aankoop van een huis tot € 280.000 mee te betalen. Het provinciebestuur wil dat opschroeven naar € 345.000, zodat meer mensen aanspraak kunnen maken. Limburg wilde het maximale bedrag dat geleend kan worden in eerste instantie verlagen van € 56.000 naar € 40.000, maar kwam daar na kritiek van gemeenten op terug.
De Staatssecretaris van Financiën heeft de nota naar aanleiding van het verslag bij het wetsvoorstel Overige Fiscale Maatregelen 2026 (36813) naar de Tweede Kamer gestuurd.