Het Centraal Planbureau (CPB) laat in een onderzoek het effect van fiscale veranderingen zien op de totale belastingdruk voor verschillende inkomensgroepen. Zo blijkt een wijziging naar één btw-tarief van 17 procent nauwelijks effect te hebben op de gemiddelde belastingdruk bij de verschillende inkomensgroepen.
Het vorige onderzoek van het CPB uit 2022, 'Ongelijkheid en herverdeling', liet zien dat de totale belastingdruk in Nederland degressief is waarbij de belastingdruk het laagst is voor de hoogste inkomens. De vervolgstudie ‘Effecten van belastinghervormingen op de belastingdruk van verschillende inkomensgroepen’ laat zien hoe wijzigingen in het belastingstelsel de belastingdruk voor verschillende groepen veranderen. De onderzochte maatregelen zijn een uniform btw-tarief, het afschaffen van aftrekposten voor het eigen huis en zelfstandig ondernemers, een uniform tarief voor de vennootschapsbelasting en een verhoging van het box 2-tarief van de inkomstenbelasting.
Het vervolgonderzoek toont onder meer aan dat bij de topinkomens de belastingdruk amper wordt beïnvloed door wijzigingen in box 1 van de inkomstenbelasting en indirecte belastingen. Vooral wijzigingen in box 2 van de inkomstenbelasting en de vennootschapsbelasting hebben effect op de gemiddelde belastingvoet aan de top van de inkomensverdeling. Doordat het box-2-dividend veelal onregelmatig wordt uitgekeerd, kan de belastingdruk voor aanmerkelijkbelanghouders over de tijd fors variëren.
De onderzoekers concluderen verder dat de vormgeving van het terugsluizen van extra belastingopbrengst van even groot belang is voor de spreiding van de belastingdruk als de vormgeving van de initiële maatregel zelf. Het maakt immers uit of een verhoging van het lage tarief in de btw of vennootschapsbelasting binnen die belasting wordt gecorrigeerd door andere tarieven te verlagen of door verlagingen in de inkomstenbelasting.
Bron: CPB
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Belastingrecht algemeen