De Staatssecretaris van Financiën wil per 1 april 2017 de tijdklemmen voor bestaande kapitaalverzekeringen eigen woning volledig laten vervallen.
De kapitaalverzekering eigen woning (KEW), spaarrekening eigen woning (SEW, oftewel ‘spaarhypotheek') en een beleggingsrecht eigen woning (BEW, oftewel ‘beleggingshypotheek') waren vóór 2013 zeer populaire producten. Op een fiscaal vriendelijke manier kon vermogen worden opgebouwd waarmee de hypotheek aan het einde van de looptijd werd afgelost.

Overgangsrecht vervallen vrijstelling

Per 1 januari 2013 is de vrijstelling voor de kapitaalverzekering eigen woning, beleggingsrekening eigen woning en de spaarrekening eigen woning komen te vervallen. Voor bestaande gevallen werd overgangsrecht geformuleerd, waarin, kort gezegd, is bepaald dat het tot en met 31 december 2012 geldende fiscale regime blijft bestaan voor op die datum bestaande producten. Dit houdt in dat het rendement in een uitkering uit een KEW, SEW of BEW onbelast blijft, voor zover de uitkering niet meer bedraagt dan:
  • € 36.900 bij 15 tot en met 19 jaar premiebetaling/inleg, of
  • € 162.500 bij 20 jaar of meer premiebetaling/inleg
Fiscale partners kunnen onder voorwaarden ieder gebruik maken van hun eigen vrijstelling. Indien zij beiden als begunstigden staan genoemd in de polis, dan hebben zij gezamenlijk recht op een vrijstelling van € 325.000 (twee maal € 162.500).
 
Vanaf 2016 bestaat er voor fiscale partners een mogelijkheid om (onder strikte voorwaarden) bij het indienen van de aangifte inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen een gezamenlijk verzoek te doen op basis waarvan een uitkering uit een KEW, SEW of BEW wordt geacht voor de helft bij iedere partner op te komen. Vervolgens kan iedere partner voor zijn/haar deel van de uitkering de vrijstelling benutten. Op een dergelijk verzoek kan later niet worden teruggekomen.
 
De mogelijkheid om de uitkering voor de helft bij de andere partner te laten opkomen is met name bedoeld voor de situatie waarin de dubbele begunstiging onbedoeld niet in de polis is geregeld. Als de dubbele begunstiging namelijk wel in de polis is geregeld, volgt de verdeling bij helfte reeds uit de polis zelf.

Uitzonderingsgevallen

De hiervoor beschreven tijdklemmen (15-19 jaar premiebetaling/inleg en 20 jaar of meer premiebetaling/inleg) leiden voor sommige belastingplichtigen tot problemen. In 2014 is daarom reeds voor een aantal specifieke situaties goedgekeurd dat de tijdklemmen niet van toepassing zijn.
 
Vanaf 1 januari 2017 is de voornoemde goedkeuring verruimd en vastgelegd in de wet. In onderstaande situaties is het mogelijk om het rentevoordeel van de kapitaalverzekering, spaarrekening of beleggingsrecht zonder tijdklem onbelast tot uitkering te laten komen:
  • beëindiging van het fiscaal partnerschap (bijvoorbeeld door echtscheiding), mits de KEW, SEW of BEW tot uitkering komt in het kader van de financiële afwikkeling daarvan;
  • de belastingplichtige maakt gebruik van schuldhulpverlening;
  • verkoop van de eigen woning, indien de belastingplichtige daarna meteen een andere eigen woning heeft (de belastingplichtige wordt hierdoor in staat gesteld om zelf de meest optimale hypotheek-constructie te kiezen);
  • de belastingplichtige heeft financiële problemen en is hierdoor niet meer in staat de lasten van zijn eigenwoningschuld te voldoen.
In bovengenoemde situaties mag derhalve onbelast tot uitkering worden overgegaan (tot maximaal € 162.500 per belastingplichtige), ongeacht de periode waarover premie/inleg is betaald.

Tijdklemmen laten vervallen

Recentelijk heeft de Staatssecretaris van Financiën aangekondigd dat hij van plan is om door middel van een koninklijk besluit de tijdklemmen per 1 april 2017 geheel te laten vervallen. Dit naar aanleiding van een door de Tweede Kamer aangenomen amendement. Voor een onbelaste uitkering is het dan voldoende dat er jaarlijks een premie/inleg is betaald binnen een bandbreedte van 1:10 (oftewel: de hoogst betaalde premie in een jaar mag niet meer dan tien maal zo groot zijn dan de laagst betaalde premie). Daarnaast moet de uitkering worden aangewend voor de aflossing van de eigenwoningschuld.

Waarop letten?

Voorzichtigheid is vereist! Het vervallen van de tijdklemmen zal niet in alle gevallen betekenen dat uitkering daadwerkelijk mogelijk is. In veel gevallen is de kapitaalverzekering eigen woning, spaarrekening eigen woning of beleggingsrecht eigen woning immers verpand aan de hypotheeknemer (oftewel de ‘geldgever'). Als de belastingplichtige over wil gaan tot uitkering, zal vaak de medewerking van deze hypotheeknemer vereist zijn.
 
Daarnaast is het zeker niet altijd (fiscaal) voordelig om af te lossen op de hypotheek. Bij een spaarhypotheek moeten bijvoorbeeld de meeste kosten vaak aan het begin van de looptijd worden betaald. Het vroegtijdig laten uitkeren van een KEW, SEW of BEW is dan financieel niet de meest gunstige oplossing. Ook leidt het aflossen van de hypotheek ertoe dat niet langer hypotheekrente in aftrek kan worden gebracht. Ook dit kan nadelig uitwerken.
 
Ten slotte kan het aflossen van de eigenwoningschuld middels een uitkering van een KEW, SEW of BEW ertoe leiden dat er bij de verkoop van de eigen woning een zogenoemde eigenwoningreserve ontstaat (het positieve verschil tussen de netto verkoopopbrengst en de eigenwoningschuld ten tijde van de verkoop). Voor dat bedrag kan bij aankoop van een nieuwe eigen woning geen eigenwoningschuld worden aangegaan waarvan de rente aftrekbaar is. Aflossing van een eigenwoningschuld kan dus ook gevolgen hebben voor de maximale eigenwoningschuld die voor de financiering van een nieuwe eigen woning in aanmerking wordt genomen.
 
Het is daarom aan te raden om voorafgaand aan het vroegtijdig laten uitkeren van uw kapitaalverzekering, spaarrekening of beleggingsrecht, de (fiscale) gevolgen goed af te wegen. 
 
 

Bron: ctrl by Deloitte

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Inkomstenbelasting

24

Gerelateerde artikelen