De steeds uitgebreidere eisen voor goede doelen slaan het kleine particulier initiatief dood. Dat zegt Sigrid Hemels, hoogleraar belastingrecht aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en daarnaast werkzaam bij advocatenkantoor Allen & Overy. Sinds 2008 heeft de overheid de eisen voor goededoelenorganisaties en kerken aangescherpt.
Vanaf 2010 geldt dat hun activiteiten in plaats van 50 procent, voor minstens 90 procent het algemeen nut moeten dienen. Vanaf 1 januari 2014 moeten goede doelen een eigen website hebben met daarop onder meer hun doelstelling en een actueel verslag van hun activiteiten. In 2016 gaat deze eis ook gelden voor kerken. Wanneer zij niet voldoen aan deze eisen, dan zijn giften aan deze organisaties niet aftrekbaar.
 
'De professionalisering bij goede doelen slaat door', vindt de hoogleraar. 'De regels zijn bedacht met in het achterhoofd grote organisaties als Greenpeace, terwijl er enorm veel kleine initiatieven zijn. De eisen zorgen ervoor dat burgers minder snel beginnen aan een goed doel, of ermee stoppen. Terwijl we naar een participatiemaatschappij willen. De politiek moet zich in toom houden.'
 
Het aantal goede doelen dat niet meer voldoet aan de eisen en waar de Belastingdienst de status als 'Algemeen Nut Beogende Instelling' (ANBI) heeft ingetrokken, is sinds 2010 toegenomen, zo blijkt uit een overzicht van deze krant. Dat komt, zegt Hemels, niet alleen door strengere regels, maar ook doordat het aantal belastinginspecteurs dat zich bezighoudt met goede doelen is toegenomen. Verreweg de belangrijkste reden waarom goede doelen hun ANBI-status verliezen, is dat zij volgens de fiscus teveel het particulier belang dienen. Deze eis leidt volgens Hemels tot veel onduidelijkheid.
 
 

Bron: Erasmus Universiteit Rotterdam

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Bronbelasting, Inkomstenbelasting, Schenk- en erfbelasting

2

Gerelateerde artikelen