Een Europese wet die de rechtsbescherming van platformwerkers zoals maaltijdbezorgers en Uber-chauffeurs moest verbeteren, is voorlopig van tafel. De EU-landen konden geen overeenstemming vinden over de tekst.
In december leek het nog op te schieten met dit wetsvoorstel, toen onderhandelaars van het Europees Parlement en de EU-landen na maanden onderhandelen een akkoord bereikten. Intussen hebben echter verschillende grote landen, die bij de stemming door hun inwonertal een grote inbreng hebben, tegengestemd.
GroenLinks-Europarlementariër Kim van Sparrentak, onderhandelaar namens de Europese Groenen: "Macron en de Duitse liberalen vinden de winsten van grote platformbedrijven als Uber en Deliveroo blijkbaar belangrijker dan betere werkomstandigheden voor de meest precaire werkenden. De tientallen miljoenen euro aan lobbygeld hebben zich jammer genoeg terugbetaald."
"Dieptriest," zegt Petra Bolster-Damen van het dagelijks bestuur van FNV. "Je moet dit in goede banen leiden, maar nu zegeviert de agressieve lobby van platformbedrijven zoals Uber en Bolt," aldus Bolster-Damen.
De EU-afspraken moesten schijnzelfstandigheid tegengaan en onder meer vastleggen wanneer appwerkers een freelancer zijn en wanneer een vaste werknemer. Ook zouden er afspraken komen om te verhinderen dat werkers via algoritmes worden aangestuurd, waarbij bijvoorbeeld een fitte fietser de veraf gelegen klussen krijgt.
Het is onduidelijk hoe het nu verder gaat. Het huidige Belgisch voorzitterschap van de EU beraadt zich op verdere stappen. De kans dat er voor de Europese verkiezingen nog een wet zal liggen is wel erg klein geworden.
Bron: ANP
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Arbeidsrecht, Loonbelasting, Premieheffing