Namens verschillende advies- en belangenorganisaties voert Flynth proefprocedures over de berekening van de jaarlijkse btw-correctie voor het privégebruik van auto's. Eind vorige week zijn alle standpunten en argumenten voorgelegd aan de Hoge Raad. Het is nu wachten op de tegenargumenten van het ministerie van Financiën en vervolgens de beslissing van de Hoge Raad.

Waar ging het ook al weer over?

Met de procedures hopen de organisaties en ook de Belastingdienst duidelijkheid te krijgen over een aantal vragen die spelen bij de berekening van de jaarlijkse btw-correctie privégebruik auto. Die correctie wordt sinds de zomer van 2011 gewoonlijk gesteld op 2,7% van de cataloguswaarde en komt voor rekening van de ondernemer/werkgever. Daarnaast is er nog de reguliere (loonbelasting-) bijtelling tot maximaal 25% van de cataloguswaarde, die voor rekening van de berijder is.
De vragen over de btw-correctie auto die nu aan de Hoge Raad zijn voorgelegd, luiden vrij vertaald:
  • Kan de btw-correctie méér bedragen dan de btw over de reële eigen bijdrage van de werknemer?
  • Heeft de staatssecretaris van Financiën de btw-correctie over het eerste halfjaar 2011 weggegeven door de (wettelijke) regeling per 1 juli 2011 te wijzigen?
  • Heeft de staatssecretaris van Financiën de huidige (wettelijke) regeling op tijd aangekondigd of vist hij achter het net wat betreft de btw-correctie over de tweede helft van 2011?
  • Is er überhaupt nog wel ruimte voor een aparte btw-correctie of gelden ook voor de autokosten alleen maar de algemene regels over aftrek van btw?
  • Moet de staatssecretaris van Financiën bewijzen dat de gebruikelijke btw-correctie van 2,7% van de cataloguswaarde niet in strijd is met Europese regelgeving?
  • Mag een ondernemer/werkgever de correctie berekenen aan de hand van statistische gegevens in plaats van de correctie op 2,7% van de cataloguswaarde te stellen?
  • Mag voor de berekening van de correctie gerekend worden met de cataloguswaarde exclusief de betaalde BPM?

Het belang van de procedures

De Belastingdienst heeft tijdens de mondelinge behandeling bij het Gerechtshof in Arnhem opgemerkt dat deze procedures van belang zijn voor circa 1 miljoen bezwaarschriften over de jaren 2011 tot en met 2014. Door dit grote aantal, is het financiële belang van de procedures voor de Nederlandse schatkist enorm. Mogelijk tot circa een half miljard euro per jaar.
 
 

Bron: Flynth

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Omzetbelasting

1

Gerelateerde artikelen