Bij de financiële afwikkeling van hun huwelijk verkrijgt de vrouw de volledige economische eigendom van de woning en de daarop rustende schuld. Omdat de overgenomen schuld de vorm heeft van een aflossingsvrije lening, kwalificeert dat deel niet als eigenwoningschuld. Dat oordeelt Hof Den Haag.
De zaak (17 december 2019, ECLI:NL:GHDHA:2019:3402) verloopt als volgt. Man en vrouw trouwen in 1995 in gemeenschap van goederen. In 1997 kopen zij een woning en financieren deze woning met een aflossingsvrije lening. In 2013 verlaat de man de woning. De vrouw dient het echtscheidingsverzoek in op 20 mei 2015. Op 3 augustus 2016 spreekt de rechtbank de echtscheiding uit.
In de echtscheidingsbeschikking staat dat de ex-echtgenoten de woning op de peildatum 1 januari 2014 hebben gewaardeerd op € 366.000. De woning en de daarop rustende hypotheek wordt aan de vrouw toebedeeld. De man verkrijgt zijn aandeel in de overwaarde. Tevens is afgesproken dat de vrouw vanaf 1 januari 2014 alle lasten van de woning voor haar rekening neemt.
Op 19 januari 2017 verkrijgt de vrouw de volledige juridische eigendom van de woning. De hypotheek past zij aan in die zin dat zij het aandeel in de woning dat toebehoorde aan haar ex financiert met een annuïtaire lening die voldoet aan de eisen van een eigenwoningschuld van artikel 3.119a Wet IB 2001.
Bij de aangifte inkomstenbelasting 2016 brengt de vrouw de volledige hypotheekrente in aftrek. Zij heeft in dat jaar ook alle hypotheekrente betaald. De inspecteur weigert de aftrek voor 50% omdat de juridische eigendom voor 50% bij de man ligt.
De rechtbank komt tot het oordeel dat de gemaakte afspraken er toe leiden dat de vrouw de economische eigendom van de woning en de eigenwoningschuld heeft verkregen per 1 januari 2014 en kent de volledige hypotheekrente toe. De inspecteur laat het er niet bij zitten. En met succes.
Het hof oordeelt namelijk dat de vrouw weliswaar de economische eigendom van de eigen woning en de eigenwoningschuld heeft verkregen vanaf 2014, maar dat de aflossingsvrije hypotheek in 2016 voor 50% niet voldoet aan de aflossingseis als genoemd in artikel 3.119a Wet IB 2001. De door de vrouw in 2016 betaalde hypotheekrente is maar voor de helft aftrekbaar.
Belang voor de praktijk
In deze casus doet de vrouw alles goed. Bij de uitkoop van haar ex-echtgenoot (begin 2017) financiert zij het aandeel in de woning dat juridisch eigendom is van de man met een lening die voldoet aan de eisen van artikel 3.119a Wet IB 2001. Vanaf 2017 gaat het dus goed. Daarvoor ging het fout en dat was ook niet te voorkomen. De in de echtscheidingsbeschikking vastgelegde afspraken kwamen pas tot stand op 3 augustus 2016 en werkten voor de financiële afwikkeling van het huwelijk terug tot 1 januari 2014. Omdat de hypotheek niet met terugwerkende kracht kan worden aangepast, is niet voldaan aan de eisen van artikel 3.119a Wet IB 2001.
Dat het bij echtscheiding vaak mis gaat met de eigen woning is al lang geleden voorzien. Al in 2013 pleitten de Consumentenbond en de Vereniging Eigen Huis er voor om het mogelijk te maken dat de vertrekkende partner het overgangsrecht voor een bestaande eigenwoningschuld kan overdragen aan de achterblijvende partner. Toenmalig minister Blok wees die sympathieke suggestie af onder meer omdat het te belastend zou zijn voor de Belastingdienst.
Inmiddels is gebleken dat ook de Belastingdienst gebaat zou zijn met een oplossing voor deze problematiek. De Belastingdienst ziet dat ex-partners veel fouten maken bij het regelen van belasting- en toeslagenzaken. In augustus 2019 is de Belastingdienst daarom de campagne ‘Wie verder wil, maar niet samen’ gestart om partners die uit elkaar gaan, te helpen met het in kaart brengen van de fiscale gevolgen om zo financiële problemen te voorkomen. Kern van de campagne is het platform belastingdienst.nl/scheiden en de persoonlijke scheiden-checklist. Deze checklist geeft, na het beantwoorden van een aantal vragen, een overzicht van fiscale zaken die mensen moeten regelen als ze uit elkaar gaan.
Bron: Fiscaal Juridisch Adviesbureau Nationale Nederlanden
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Inkomstenbelasting