Terwijl het privébezit van kunst voor eigen genot is vrijgesteld van inkomstenbelasting moet iemand het rendement van beleggen in kunst aangeven in box 3. Dat laatste gebeurt vrijwel nooit. Hoogleraar fiscale economie Peter Kavelaars vindt dat niet helemaal de goede gang van zaken en pleit ervoor om het onderscheid tussen privébezit en beleggen te laten varen en een bepaald belastingpercentage in te voeren voor het bezit. Dat zegt hij tegen BNR Radio.
Nederlandse particulieren bezitten tussen de zeven tot negen miljard euro aan kunst, blijkt uit een schatting die de grootste kunstverzekeraars van Nederland voor onderzoek door Investico en De Groene Amsterdammer deden. Kunst is immers de afgelopen jaren een steeds gewilder object voor belegging en speculatie geworden. Vermogen in kunst is vrijgesteld van belasting en financieel adviseurs wijzen hun klanten op schilderijen en beeldhouwwerken als 'alternative asset class'. Steeds meer werken verdwijnen zo in een kluis, ontoegankelijk voor het grote publiek, zo is het bezwaar.
Voor een effectieve belastingheffing is het essentieel dat de vraag wordt beantwoord wat kunst is. "Er is geen definitie voor in het belastingrecht. Kunst is een heel ruim begrip, maar de wetgever heeft er ooit wel eens iets over gezegd", vertelt Kavelaars. Een ander bezwaar wat de hoogleraar ziet is de waardering van kunst. "Waar je het rendement bij aandelen nog wel kunt bepalen, is dat bij kunst behoorlijk lastig."
Desalniettemin vindt Kavelaars dat eigenaren van kunst melding moeten maken van hun bezit bij de Belastingdienst. "Kunst heeft immers een rendement. Natuurlijk geen directe opbrengst zoals aandelen, dus daar moet je wel rekening mee houden, maar je zou het dan wel kunnen belasten tegen een wat lager percentage", zo luidt zijn oplossing. De belastingheffing van kunst in buitenlandse opslagplaatsen zou dan Europees moeten worden geregeld, zegt de fiscalist in het radio-interview.
Bron: BNR
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Inkomstenbelasting