Heeft iemand betaalde premies of stortingen van de lijfrente niet afgetrokken, dan zijn er verschillende manieren om te voorkomen dat diegene te veel belasting betaalt over de uitkeringen of de afkoopsom.
Een casus om deze mogelijkheden aan de orde te laten komen, luidt als volgt.
In 2009 heeft een vrouw een bancaire lijfrente gesloten waar zij tot en met 2017 jaarlijks € 1.200 op heeft ingelegd. Het saldo op haar lijfrenterekening is nu € 13.387. Omdat zij bijna met pensioen gaat en zij inzicht wil hebben in haar financiële situatie heeft zij een adviseur geraadpleegd. Haar adviseur geeft aan dat een uitkerende lijfrente met een duur van vijf jaar een passende aanvulling op haar pensioen is. In het gesprek kwam aan het licht dat de vrouw de ingelegde bedragen op de lijfrenterekening had mogen aftrekken, iets wat zij nooit heb gedaan. Wat te doen?
Als een lijfrenterekening gaat uitkeren houdt de bank in principe loonbelasting, premie volksverzekeringen en de bijdrage Zorgverzekeringswet in op de uitkeringen die de vrouw ontvangt. Op grond van de zogenoemde saldomethode rust op een deel van de lijfrente-aanspraak echter geen belastingclaim omdat zij de ingelegde bedragen niet in aftrek heeft gebracht. Dit vormt het onbelast saldo.
Op het moment dat de lijfrente gaat uitkeren blijven de uitkeringen onbelast tot het bedrag van het onbelast saldo. Om er voor te zorgen dat de vrouw niet te veel belasting betaalt over de uitkeringen kan zij bij de Belastingdienst een Verklaring niet-afgetrokken premies of bedragen (hierna: saldoverklaring) aanvragen. Op basis van de saldoverklaring zal de bank rekening houden met het onbelast saldo en een deel van de uitkeringen zonder inhouding van loonbelasting en premie volksverzekeringen aan haar uitkeren.
Het is ook mogelijk om zelf rekening te houden met de niet afgetrokken bedragen in de aangifte inkomstenbelasting. De bank houdt in dat geval op iedere uitkering loonheffing in. Bij de aangifte inkomstenbelasting berekent de vrouw vervolgens zelf hoeveel van de uitkeringen niet belast zijn. Daarbij moeten de gegevens in de vooraf ingevulde aangifte worden aangepast. Dit kan vragen van de Belastingdienst opleveren.
Cijfermatige uitwerking toepassing saldoverklaring
Huidige waarde lijfrenterekening | € 13.387 | |
Betaalde, niet afgetrokken bedragen 2009 t/m 2017 | 9 x € 1.200 = | € 10.800 |
Maandelijkse lijfrente-uitkering gedurende 5 jaar | € 234 |
Jaar 1 + 2 + 3
De uitkeringen zijn in de eerste drie jaar niet belast omdat het totaal van de uitkeringen
(36 x € 234 = € 8.424) lager is dan het onbelast saldo. Er resteert na afloop van het derde jaar nog een onbelast saldo van € 2.376
Jaar 4
De eerste tien uitkeringen in het vierde jaar zijn onbelast (10 x € 234 = € 2.340). Van de elfde uitkering is een bedrag van € 36 onbelast, het restant is belast. De twaalfde uitkering is volledig belast.
Jaar 5
De uitkeringen in het vijfde jaar zijn belast.
Zie voor meer informatie over niet afgetrokken premies of bedragen de website van de Belastingdienst.
Belang voor de praktijk
De hoofdregel is dat lijfrentermijnen volledig belast zijn. De premie of inleg daarvoor is onder voorwaarden aftrekbaar. Heeft iemand de premie of inleg niet of niet volledig in aftrek gebracht, dan kan een beroep gedaan worden op de saldomethode van art. 3.107a Wet IB 2001. Op grond van deze bepaling is geen belasting verschuldigd over (de som van) niet-afgetrokken premies of inleg.
De tot 2010 betaalde premie of inleg kan volledig worden betrokken in de saldomethode
(art. 10a.6 Wet IB 2001), de vanaf 2010 betaalde premie of inleg maximaal tot een bedrag van € 2.269 per jaar. Verder is nog van belang dat de saldomethode bij oudregime-kapitaalverzekeringen met lijfrenteclausulegesloten vóór 14 september 1999 per verzekering wordt toegepast. Bij lijfrenten die na 14 september 1999 tot stand zijn gekomen wordt de saldomethode per belastingplichtige toegepast.
Het is van belang om de saldoverklaring aan te vragen vóór ingang van de uitkerende lijfrente en te overleggen aan de uitvoerder. In de praktijk komt het wel eens voor dat de saldoverklaring pas wordt aangevraagd en/of ingediend als er uitkeringen zijn ontvangen. Als de bancaire lijfrente bij een bank loopt, zal de bank in dergelijke gevallen de ingehouden loonheffing over de al uitgekeerde bedragen niet corrigeren. De saldoverklaring wordt alsdan toegepast op de volgende uitkering(en).
Houd bij de aanvraag van een saldoverklaring ook rekening met het leveren van de benodigde bewijsstukken. De Belastingdienst bewaart gegevens over de aangifte inkomstenbelasting gedurende 14 jaar na afloop van een kalenderjaar. Als iemand in 2023 een saldoverklaring aanvraagt beschikt de Belastingdienst over de aangiftegegevens van 2009 tot en met heden. Heeft iemand vóór 2009 premies of stortingen niet afgetrokken dan moet diegene dit zelf aantonen, bijvoorbeeld door middel van kopieën van betreffende belastingaangiften.
Dat bewijs niet altijd in de vorm van een kopie van de aangifte moet worden geleverd blijkt uit een uitspraak van Rechtbank Den Haag van 28 maart 2023 (ECLI:NL:RBDHA:2023:5058). In deze zaak legde een belastingplichtige een geloofwaardige verklaring af dat zij ingelegde bedragen niet heeft afgetrokken. Hoewel de verklaring niet met bewijs is ondersteund, bestaat er geen aanleiding om hieraan te twijfelen. De rechtbank is van oordeel dat aan de bewijslast is voldaan.
Bron: Legal & Tax Nationale Nederlanden